Achilles M. Surinx (1941) beleefde als vierjarige het einde van de Tweede Wereldoorlog en in zijn eerste bundel (Overgaan) komen vele verzen die geworteld zijn in (herinneringen aan) deze oorlog.
Op 8 mei herdenken we in het Westen het einde van deze oorlog met de onvoorwaardelijke overgave van Nazi-Duitsland. Voor de meeste mensen van toen is dat een dinsdag 8 mei 1945 die in hun geheugen gebrand staat, ook vandaag nog 80 jaar geleden ondertussen.
Zo lezen we het ook in dit vers van Surinx... De dieren in dit gedicht dragen een sfeer van bontheid en feestelijkheid, van vrij zijn als een vogel, maar de 'zwerfkatten' doen denken aan de vrouwen die met de Duitsers gecollaboreerd hadden en op die dag met pek en veren werden besmeerd. Er zijn mensen die veel te vertellen hebben of toch als kikkers veel aandacht trekken en er zijn mensen die nieuwsgierig hengelen naar verhalen. Die dag was de overwinning voor de 'witten' en die dag werd de stilte verjaagd. Het bange zwijgen werd een uitbarsting van verhalen... en toch, al het gepraat en gekwetter kan de onzekerheid over de dag van morgen niet doen verdwijnen.
V - DAY
Eindelijk gaf de late lente boeren
felle vingers. In mijn vrolijk hoofd
dansten onbezorgde bonte koeien
een feestelijke polka. De duiven
lachten met al hun pluimen.
Er hing een groot geluk in de bomen.
Zieke zwerfkatten kregen vleugels als
van rovende vogels, die boven onze hoofden
bleven dreigen. Geiten dachten dat ze
circuspaarden waren en de mensen kleedden
zich zoals op zondag, gelijk perelaars in bloei.
Er liep een witte draad door de dag.
Veelkleurige kikkers schonken verbloemde
woorden aan opgewekte luistervinken, die
plots als kippen aan het kakelen sloegen.
De uren sprongen de stilte voorbij.
Schrik zat niemand in de benen, maar
de toekomst voorspelden de dieren ons niet.
(uit: Surinx, Achilles M., Wat het voorstelt. Gedichten 1989-2017,
uitg. Aleph Press, Wevelgem, 2017, blz.27)