zondag 28 december 2025

de bekoring van Venetië

(eigen foto juni 2019)
 Wie er eenmaal is geweest, vergeet het nooit meer.
Venetië ... de stad overgeleverd aan de zee,
de stad overgeleverd aan een zee van toeristen,
de stad overgeleverd aan de kuren van de rijken,
de stad overgeleverd aan schilders en dichters...


FONDAMENTE NUOVE, VENETIE

Schoonheid, zei Stendhal, is nooit iets anders
dan belofte van geluk. Het groeiend verre
waarin behouden en bewaard had willen zijn.

Voortschrijdende onthechting van pleisterwerk
in de schone dode stad; der wereld stofkens
hier op te likken, zilte kalk, belofterest

in vensternis. Aan de Inham van Erbarmen
waar water bijna onweerstaanbaar aanzegt
dat alles water is, wellust en verdrinking.

Een schim te omarmen bij nacht, dromend al
een schim te zijn, die niet nog sterven moet.
En zie - ik boog allengs gevleugeld,
mij liefdevol over de zonsopgang in de diepte.
(Brassinga, Anneke in : Suburbia. De mooiste gedichten over de stad uit Nederland & Vlaanderen. Verzameld door Johan Van Cauwenberghe, uitg. P, Leuven, 2003, blz. 208)

vrijdag 26 december 2025

Tweeduizend kaarsjes voor de lezenaar

(eigen foto)
 Vandaag lees je hier de 2000ste post van 'op mijn lezenaar'.
Taal (vooral dan poëzie) en beeld (tentoonstellingen, schilderijen, foto's) vormen de vaste componenten. 
Dank je wel, jij trouwe bezoeker van deze blog.
Dank je wel, jij die van tijd tot tijd even meeleest.
Dank je wel, jij die toevallig eens passeert.
Vandaag dus vier ik dit moment met beeld en taal, hoe anders??



Een foto van tijdens een wandeling in de buurt van Zwevegem-Knokke toont een paar schoenen op de leuning van een voetgangersbrug over het kanaal Kortrijk-Bossuit. 
De foto is genomen op 27 februari 2021, putje winter dus, en weet je nog, in coronatijd. 
Wat doen zo'n paar schoenen midden de dag verlaten op zo'n plaats? Er schuilt iets poëtisch in dat beeld. 
Er schuilen vele verhalen in zo'n beeld. 
Ieder kan er zijn eigen verhaal bij verzinnen.
Deze schoenen veranderen in dromen.
Deze schoenen veranderen in reizen.
Deze schoenen veranderen in visioenen.
Deze schoenen veranderen in een afwezigheid
die om aandacht vraagt.
Deze schoenen vragen een passend woord,
een vers om mee te stappen naar nieuwe verwondering.

Zoals dit vers van Roberto Juarroz (1925-1995)
uit zijn Elfde verticale poëzie. Undécima poesia vertical
(uitg. P, Leuven, 2001, blz. 88 - vertaling : Guy Posson)

Woorden zijn geen talismans.
Maar gelijk welk ding kan
veranderen in poëzie
als het passende woord het aanstipt.

Dat heeft niets vandoen met magie of alchemie.
Het gaat erom de dingen anders te denken,
ze anders te bevoelen,
woorden die ze verslijten links te laten liggen
en af te gaan op woorden die ze zingen,
woorden die ze optillen in de wind
als spijkers vlammend van verwondering.

Staken veranderd in sterren,
schoenen om kruisigingen te schoeien,
blinde ogen open op de rug van de dag,
visioenen opgespaard voor een nieuw ontwaken,
tederheid opgeschort om liefde te vrijwaren.

Het gaat er enkel om een andere stem te scheppen:
de afwezige stem naar binnen in de dingen.

(Roberto Juarroz ©Fondacion Urbe)


woensdag 24 december 2025

Zalig Kerstfeest gewenst

 Graag aan allen die deze blog lezen : 
een warm Kerstfeest gewenst,
met een woord en een streepje Bach.

KERSTORATORIUM

Trompetten en pauken
koningsinstrumenten
ze worden bespeeld in paleizen

Fluiten en hoornen
herdersinstrumenten
ze worden bespeeld in dorpen

Maar JSB zag dat net even anders
aan hoven weerklinken de zachte
klankkleuren van de herder

In de stal
jubelen koningsklanken
in het vreemdelingentehuis
slaan de pauken
een ander geluk
(Sölle, Dorothee in : Was alles maar Bach. Zesenveertig gedichten over Johann Sebastiaan, bijeengebracht door René Smeets, uitg. P, Leuven, 2020, blz.30)

En zo klinkt het openingsstuk "Jauchzet Frohlocket" van het kerstoratorium (BWV 248) door het Thomanerchor Leipzig met het Gewandthausorkest onder leiding van Georg Christoph Biller...



zondag 21 december 2025

Nog even kijken naar het lied van de aarde

 Nog heel eventjes, tot 20 januari a.s., kan je in Mons een tentoonstelling bezoeken waarin werken van David Hockney (1937) centraal staan, veelal werken gemaakt in deze eeuw dus door een al wat oudere artiest. Deze altijd nog zoekende kunstenaar blijft de nieuwe mogelijkheden van techniek (ipad en video) verkennen en confronteren met de 'oude' meesters van de schilderkunst. Dat alleen al verdient respect. 
De affiche van de tentoonstelling vertelt heel goed wat je mag verwachten in het BAM in Mons : Hockney, Van Gogh, Munch en Mahler, met nog anderen...


Gustav Mahler met zijn zogenaamde 9e symfonie, 'Das Lied von der Erde', vormt de rode draad doorheen de expo, waarin de aarde centraal staat, dus vooral landschappen. Elke zaal toont werken die geassocieerd worden met een fragment uit Mahler, dat ook op de achtergrond weerklinkt.  Deze originele invalshoek zorgt voor een mooi parcours met ook minder bekende kunstenaars uit de Baltische en Scandinavische staten (vb. Johan Valters, Johannes Martin Grimelund of Konrad Magi,...), die toch nauw aansluiten bij de centrale schilders van deze expo.
Van de Ipad-schilderijen zijn grote prints gemaakt op papier. Deze uitvergrotingen tonen hoe Hockney nog altijd trefzeker tekent en schildert, met veel gevoel voor kleur en compositie.
(David Hockney : The Arrival of Spring
in Woldgate 14 mei 2011 -Ipad - eigen foto)


In een aparte zaal zijn vier videomuren opgesteld met eenzelfde bosweg in de vier seizoenen. Hier speelt Hockney met standpunten en met de mogelijkheden van video. Deze video's trekken de bezoeker mee op die bosweg en roepen op om met aandacht en openheid de natuur toe te laten, en zo het lied van de aarde ziende te horen.

(Hockney : videomuur lente - eigen foto)


Een tentoonstelling om op adem te komen 
en onze zintuigen aan te scherpen.
Een tentoonstelling om ons te verwonderen 
over de menselijke creativiteit. 
Een tentoonstelling om de rijkdom van de natuur 
en van onze moeder aarde te bewonderen.

vrijdag 19 december 2025

de bekoring van reflecties

 Wie deze blog geregeld bekijkt, zal al eens foto's gezien hebben met reflecties (in etalages, in autoruiten, in spiegels, ...).
Deze reflecties kunnen mij altijd weer bekoren en bieden op de meest onverwachte plaatsen of de meest onverwachte tijdstippen de meest verrassende nieuwe uitzichten.
Het is soms alsof je door iets heen kijkt.
(uitkijkend naar een balkon en de straat
en tegelijk weer helemaal binnen kijken
Rotterdam - 25 november 2025)



Dichter Jan-Willem Dijk formuleerde het zo in Het Liegend Konijn (2019, 1, blz. 70) :

DE VORM VAN HET GAT

1

je om de dag heen bewegen
zoals bij het spiraalspel, de overkant halen
zonder iemand aan te raken

in geparkeerde auto's en etalageruiten
zie je dat alles dwars door je heen gaat, dat je een gat bent

dat geen kant op kan
omdat je randen hebt die alles omsluiten

woensdag 17 december 2025

de bekoring van Brussel

 Brussel bezoeken vind ik altijd weer boeiend. 
De zoveel verschillende gezichten van de stad,
de zovele culturen en architecturen naast elkaar,
de zoveel variërende kleuren van mensen,
de zo verschillende wijken en de hoogtes en laagtes...
Na het bezoek aan de Villa Empain, 
midden vorige novembermaand,
nog even ronddwalen in het centrum van Brussel.
Vlakbij de minimenkerk in de Minimenstraat
aan de voet van het megalomane gerechtsgebouw
kijk je omhoog naar het 'paleis' van justitie.

(eigen foto)



maandag 15 december 2025

als ik een bloem was

 In de bijzonder mooi uitgegeven bloemlezing
samengesteld door Bart Moeyaert
en van vele mooie naaktfoto's voorzien door Elisabeth Broekaert,
"Vlees is het mooiste"  uitgegeven in 2007 bij Davidsfonds (Leuven), 
vond ik dit vers van Toon Tellegen over bloeien en verwelken,
in dit jaargetijde te lezen met een scheut nostalgie...

EEN BLOEM
(eigen foto)


Als ik een bloem was,
zou ik dan nu bloeien?

Of zou ik een bijzondere bloem zijn,
een onvoorstelbare bloem,
een bloem die niet kan kiezen tussen bloeien
                   en niet bloeien,

en die over de rand van een vaas voorover
leunt
om te zien of zijn afgrond een bodem heeft?

Of zou ik alleen maar kunnen bloeien,
moeten bloeien,
rood en gedachteloos,
op een ongerepte schoorsteenmantel, ergens
tussen schaamte en geluk?

En als ik een bloem was,
zou ik dan weten wanneer ik moest verwelken?
Nu nog niet?

(uit : Vlees is het mooiste, uitg. Davidsfonds, Leuven, 2007, blz. 197)