Posts tonen met het label Kristof Van Heeschvelde. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Kristof Van Heeschvelde. Alle posts tonen

maandag 17 april 2023

Pats Boem Slager

 Het kleine museum Slager in Den Bosch organiseert naast de vaste familiecollectie Slager, ook tijdelijke tentoonstellingen. Enige voorwaarde is dat wat wordt tentoongesteld 'realistische' schilderkunst moet zijn.
Tijdens het voorbije paasweekend zag ik er de expo "Pats Boem" met werken van de schilderes Hanneke Gommers, nog tot 16 juli. Tegenover de meestal 'ingetogen' werken van de familie Slager overvalt je in de tijdelijke expositielokalen inderdaad een 'pats-boem'-gevoel. Gommers gebruikt een fel kleurenpalet, de harde tinten knallen van de doeken. 
Maar er is meer... Als hedendaagse artieste die probeert 'realistisch' te schilderen zoekt ze hoe ze zich moet verhouden tot de schilderstraditie. Dat toont ze ook onverbloemd, en hierbij doet ze me denken aan wat ik zou zeggen haar Vlaamse evenknie Kristof Van Heeschvelde (zie dit label op deze blog). 
Als dit wat abstract klinkt, zal het je duidelijk worden bij deze werken die ik in het Museum Slager heb gezien. De titel van onderstaand werk is : Fisher Price en Frans Hals.
(eigen foto)



maandag 15 maart 2021

Kristof Van Heeschvelde in Ronse

 

In het Cultureel Centrum 'De Ververij' in Ronse is nog tot 28 maart (op woensdag, zaterdag en zondag in de namiddag -coronatijden dus reserveren!) een solotentoonstelling te zien van de schilder Kristof Van Heeschvelde. Deze artiest heb ik leren kennen vorig jaar in Deinze tijdens de biënnale van de schilderkunst. Op deze blog vertelde ik er al over in de loop van de maand oktober 2020 (10,12,14,19 en 21).
 
Hij bleef mij bij als een schilder die de kijker  een spiegel van onze tijd van onze tijd en die tijd is nogal complex en verwarrend als je zijn schilderijen mag geloven. De spiegel is kleurrijk en bij momenten humoristisch.  Daarom was ik benieuwd naar zijn solotentoonstelling, die ik op zaterdag 13 maart bezocht. Nu ook in Ronse zijn het géén zoete broodjes die hij verkoopt, ondanks wat de titel van de expo ons wil doen geloven.

Van Heeschvelde presenteert in Ronse een reeks van zijn typische grote boeiende werken waarbij elk doek een soort kleurrijke collage vormt met verschillende beelden uit heden en verleden, uit de 'hoge' en de 'lage' cultuur en met vermenging van woord en beeld. Elk doek nodigt uit om de vele details te bekijken en te laten inwerken.

(overzichtsbeeld tentoonstelling - foto: Marc Deconinck)


 Het samen plaatsen van zo verschillende elementen op éénzelfde doek verwart de toeschouwer want de vermenging van beelden doet een eenheid vermoeden terwijl er schijnbaar geen enkel verband is ertussen. Een aanrader want als je iets langer bij elk doek blijft stilstaan, hapert de vraag telkens opnieuw: wat vertelt dàt verhaal hier voor mij over onze samenleving anno nu? Dat is wat volgens mij goede kunst bewerkt..
.
(eigen foto)


woensdag 21 oktober 2020

Kristof en herman -2-

Hoe verschillend theater en schilderkunst ook zijn, beide media scheppen beelden die willen aanspreken, boeien en bevragen. In een vorige post (maandag 19 oktober) plaatste ik al de schilder Kristof Van Heeschvelde naast het theatercollectief herman. Hier wil ik nog even verder op ingaan met een focus op twee aspecten.

 Kristof en herman zoeken hun eigen stem en plaats ten opzichte van de traditie.  Bij "Vier sterren" van theatercollectief herman zie je ze beeldend sterk o.a. in hun bijeenkomst in een directiekamer van het conservatorium waar de portretten van vroegere grootheden hangen.   Daar gaan ze aan de haal met een van die portretten en de ontvoering van de traditie via dit portret komt nog verder terug tijdens hun 'opvoering'. 

(Kristof Van Heeschvelde
Los Caprichos
foto: Marc Deconinck)
Zo zien we ook de schilder Kristof Van Heeschvelde in dialoog gaan met de traditie, zoals duidelijk blijkt in
zijn doek "Yellow Brick Road" (zie mijn blog van 14 oktober) of nog een doek dat met zijn titel  "Los Caprichos" verwijst naar Goya en zijn bekende reeks etsen met dezelfde titel. Als jonge artiesten smijten ze de traditie niet zomaar overboord, maar ze ontvoeren die om deze naar hun hand te zetten. Het doet mij uitkijken naar de manier waarop ze verder hun eigen stem/palet zullen ontwikkelen.

En tot slot was ik zowel bij Kristof Van Heeschvelde als bij herman gefascineerd door de gelaagdheid van hun werk. Het persoonlijke verhaal is doorweven met de traditie en met de grotere actualiteit. Er zijn knipogen naar andere kunstenaars en genres. Deze veelheid-in-één is een passend antwoord aan al die politici, wetenschappers, identiteitsdenkers, economen en eenvoudige angstige mensen die in deze onoverzichtelijke tijd hun heil zoeken in eenvoudige en eenduidige visies op geschiedenis en samenleving. Ware het leven maar zo simpel! Voor kunstenaars is het, denk ik, het enige mogelijke antwoord op ons tijdsgewricht : niets is eenduidig. Vanuit die meerlagigheid moeten we proberen samen te leven en een leefbare toekomst uit te bouwen. Kristof en herman bouwen beiden in hun verhaal weerhaakjes in die onder de huid van de toeschouwer kruipen en op het einde zorgen voor een glimlach die kantelt naar een grimlach. Beiden houden ons een spiegel voor waar we wat ongemakkelijk van worden. Zo hoort het toch bij goede kunst?

(theatercollectief herman : Viersterren
©Jan Pijpops )

Wat betreft theatercollectief herman : ze hopen nog te kunnen spelen her of der maar de covid-19 pandemie maakt dat cultuurcentra en andere speelplatforms niet zo happig zijn om in deze onzekere tijden jong talent een kans te geven. Spijtig, maar hou toch maar de agenda van het cultuurhuis uit je buurt in de gaten, je weet maar nooit in de komende maanden.


maandag 19 oktober 2020

Kristof en herman -1-

In de vorige posts (10, 12 en 14 oktober) kon je mijn ontdekking van de jonge Gentse schilder Kristof Van Heemschvelde volgen. In de afgelopen maand bezocht ik ook  op donderdag 24 september laatst de première van het tweede theaterstuk van collectief herman, bestaande uit vijf twintigers die afgestuurd zijn in de toneelklas van het Antwerpse conservatorium in 2018. Het stuk kreeg als titel mee: "Vier sterren". Die toneelervaring was bijzonder en had bij mij wat tijd nodig om te bezinken. Hoe meer ik eraan terugdenk, hoe meer ik parallellen zie tussen dat vier sterren-toneelspel en de schilderijen van Kristof Van Heeschvelde. Ik probeer dit even te verduidelijken. Het zijn natuurlijk twee verschillende media, maar toch. De woorden leen ik even van Els Van Steenberghe, die voor focus.knack een bespreking schreef  over theatercollectief herman en hun werk "Vier sterren". ( https://focus.knack.be/entertainment/podium/theatercollectief-herman-loert-onbewogen-in-eigen-boezem-in-de-voorstelling-vier-sterren/article-review-1646343.html ).


(©Monty : herman 'Vier sterren')
"Het stuk is pure egotripperij met een missie. (...) Gelukkig hebben ze een groot gevoel voor zelfrelativering. (...) De wereldproblemen dienen ze niet op als thema op een gouden schoteltje en ze staan er niet met het wijzend vingertje. (...) De thema's worden ruw en haast terloops in het voetlicht gesleurd. (...) Het toneel is als een kader om naar het turbulente leven te kijken. (...) Al zittend en starend naar zichzelf vertolkt herman de onverschilligheid die te vaak de overhand neemt als we kijken naar de ellende van anderen."



(foto Marc Deconinck
Kristof Van Heeschvelde :
Signed painting 2017)
 Zelfrelativering, terloops de grote wereldvragen inbrengen, niet belerend maar ruw tonen wat er mank loopt, naar zichzelf staren... Al die aspecten vind ik terug in het werk én van Kristof Van Heeschvelde én van theatercollectief herman. Ze vertolken elk met hun eigen medium een gelijkaardige beleving van onze tijd. Ze houden elk op hun manier en vanuit hun vakgebied ons een spiegel voor: ziehier de mens anno 2020. Daarbij zoeken beiden hoe ze hun kunst kunnen laten aansluiten bij het levensgevoel van onze tijd met zijn drang naar profilering, de druk om goed over te komen, de spanning tussen het individuele en het maatschappelijke.

Nu is het aan ons, kijkers, om er conclusies uit te trekken en ons leven te hertekenen en te herspelen.


woensdag 14 oktober 2020

Biënnale van de schilderkunst : Kristof Van Heeschvelde -3-

 De vorige twee posts toonde ik hoe ik geboeid was door de inbreng van Kristof Van Heeschvelde in de biënnale van de schilderkunst, editie 2020. 

Het werk dat ik vorige keer heb toegelicht boeit mij onder andere doordat de artiest oude Italiaanse meesters 'citeert' in zijn werk "Yellow brick road". Ik ben op zoek gegaan naar de oorsprong van die citaten, maar kwam er niet echt uit. De kunstenaar heeft mij dan enkele toelichtingen gegeven die ik hier even wil delen.

Kristof Van Heeschvelde
Yellow Brick Road
detail
eigen foto 

Hij was bij een bezoek aan de pinacoteca de Brera in Milaan getroffen door een werk van de Italiaanse schilder Federico Barocci (ca. 1535 - 1612). In 1583 schilderde deze het doek "Het martelaarschap van Vitus" wat nu hangt in Milaan. De compositie van het doek werd in grote lijnen door Van Heeschvelde gebruikt en de figuren vooraan links en onder heeft hij overgenomen van Barocci. Deze praktijk doet mij denken aan de renaissance opleidingen. Je moest je eerst de knepen van een vak eigen maken en proberen toe te passen, ze 'vertalen' naar je eigen hand "translatio". Daarna kon je je vakmanschap verfijnen door grote voorbeelden te imiteren, "imitatio", maar de bedoeling was dat je beter werd dan je leermeesters "aemulatio". Kristof Van Heeschvelde zien we hier via de imitatio streven naar aemulatio. Mooi...

(®Brera)


In de toelichting die ik van de kunstenaar mocht ontvangen geeft hij ook enige duiding bij de titel van het werk: Yellow brick road.  Dit haalde hij van de film (en het boek) "The Wizard of Oz". Een gele steenweg zou je volgens de film moeten leiden naar het goede, naar betere tijden, naar een idealere samenleving. De met gele tegels geplaveide weg bij Van Heeschvelde leidt naar het vertrappen van een weerloze oude man, terwijl de mensen onverschillig doorgaan met geld verdienen en geld uitgeven. In de 'ideale' wereld anno 2020 wil iedereen zich profileren ten koste van de anderen.

Dank zij zijn toelichtingen is het werk nog meer gelaagd geworden, een prikkeling voor verstand en gevoel, voor hart en ziel. Voor mij is dit werk een voorbeeld van "aemulatio".



maandag 12 oktober 2020

Biënnale van de schilderkunst : Kristof Van Heeschvelde -2-

 Zoals in een vorige post gezegd, was ik zéér onder de indruk van de bijdrage van Kristof Van Heeschvelde (°1979) aan de biënnale van de schilderkunst in Deinze (nog tot 18 oktober te bezoeken).

Vooral het werk "Yellow brick road" boeide mij om meerdere redenen. Eerst en vooral zag ik een grote artistieke vaardigheid : die man kan schilderen. Hij schildert met lef. De gebouwen linksboven zijn eerder een tekening maar ze hebben niets schetsmatig, ze zijn er niet zomaar bijgeplakt. En onder die gebouwen schildert hij drie figuren links en de centrale figuur onderaan 'à l'Italienne', duidelijk in de voetstappen van oude Italiaanse meesters. Hij citeert letterlijk terwijl de andere figuren hedendaagse types zijn. De zestiende eeuw vloeit naadloos over in de 21ste eeuw, alsof Van Heeschvelde wil zeggen: de mens is niet zo veel veranderd in de loop der eeuwen. De kruin van de boom en de wolkenluchten tonen dan weer dat hij niet zomaar wat strepen verf op het doek aanbrengt.




Daarnaast is wat hij voorstelt ook heel intrigerend: een man wordt vertrapt terwijl mensen toekijken zonder tussen te komen. De voedster voedt haar baby, de rijke jongelui becommentariëren de situatie: zo was het in de zestiende eeuw... En in onze dagen? De smartphone moet dit tafereel vastleggen; een net geklede figuur met pet op en aan beide armen een boodschappentas kijkt  (bewonderend?) naar de geweldenaar en de vrouw rechts wil niets gezien hebben en verbergt daarom haar gezicht achter een rood pak (of boodschappentas?). We zien allemaal mensen die op hun eigen besognes betrokken zijn. Geweld lijkt herleid tot een moment van spektakel en opwinding die de saaie levenssleur even doorbreekt en die ons niet mag afhouden van onze consumptie. 

Ik ervaar bij het kijken naar deze grote canvas ook een soort tegenstelling tussen de stad en natuur. Ik zie de stedelijke mens die in zijn eigen habitat leeft ver weg van de natuur, schijnbaar héél gecultiveerd. De chique kledij en het hip meegaan met de laatste mode is maar een dun laagje vernis; de mens heeft zijn animale zelf nog niet overstegen. Dat zie ik ook in de wolf(shond) vooraan rechts. Die doet mij denken aan de bekende Latijnse spreuk : homo homini lupus (de mens is een wolf voor zijn medemens).

Deze gelaagdheid trof mij en bij het terugkijken naar de foto's die ik nam blijft het boeien en confronteren: het zijn geen goedkope mooie plaatjes die Van Heeschvelde schildert. Hoed af...

zaterdag 10 oktober 2020

Biënnale van de schilderkunst : Kristof Van Heeschvelde -1-

 Bij mijn bezoek aan de 7de editie van de Biënnale van de Schilderkunst in de Leiestreek heb ik verschillende ontdekkingen gedaan die mij blij hebben gemaakt. 

In mudel (Deinze) was ik heel erg getroffen door het werk van Kristof Van Heeschvelde (°1979), tot dan toe een voor mij totaal onbekende. Maar zijn bijdrage aan deze biënnale vind ik een van de hoogtepunten. Alleen al de presentatie maakt indruk. De onopgespannen grote doeken hangen in de ruimte waar je als toeschouwer tussen moet lopen. Je voelt jezelf klein tegenover deze reuzelappen canvas. De doeken hebben door hun formaat op het eerste moment iets intimiderends. Ik dacht daarbij aan grote 'oude meesters' (vb. Rubens,  Rogier van der Weyden, e.a.) die in hun tijd ook vaak grote doeken ontwierpen naar aanleiding van de blijde intocht van een vorst in een stad of een bijzondere processie. Zo moesten ze via deze tijdelijke stadsversieringen de heerser of de kerkelijke orthodoxie verheerlijken. Van Heeschvelde lijkt bij een eerst blik ook aan een vorm van (zelf)verheerlijking te doen.



Maar wat wordt voorgesteld lokt een glimlach/grimlach uit. Van Heeschvelde is op een aantal werken prominent aanwezig door zichzelf af te beelden, maar je kan ze niet echt 'zelfportretten' noemen. Hij beeldt zichzelf uit met veel humor en zelfrelativering en plaatst zichzelf in een ruimte die huiselijkheid suggereert (bvb. een grote zetel) maar toch heel onbestemd blijft. Hij is het model dat hij zo bij de hand had om een 'verhaal' te schilderen, zo lijkt het mij. Door de onbeschilderde grote randen van het canvas zegt hij aan de toeschouwer ook : dit is 'maar' een schilderij van 'maar' een zelfingenomen mannetje. De drang om zichzelf te profileren wordt tegelijk onmiddellijk lachwekkend. 

Via deze overdonderende lappen canvas deed Kristof Van Heeschvelde zijn blijde intrede in mijn leven.