De Nederlandse filosoof Cornelis Verhoeven is niet alleen een eigenzinnige denker, maar hij is ook een goede schrijver. Daarom ontving hij in 1978 de P.C.Hooftprijs (dit is een literatuurprijs voor een heel oeuvre) voor zijn essays. Verhoeven is opgegroeid in een boerengezin in Noord-Brabant en woonde een tijd in het verbouwde ouderlijke huis. Op een mistige avond dacht hij terug aan de koeien die vroeger in zijn huis, toen nog een stal huisden. Een wat langer citaat uit zijn herinneringen. Filosoof en literator komen samen in zijn overwegingen over koeien...
"Daar ongeveer dacht ik aan, terwijl ik op de plaats stond waar vroeger de koeien voor zich uit staarden. (...) Ik verviel in mijn oude gewoonte om koeien aan de voorkant te bekijken, in hun ogen, belachelijk en stads, want aan de achterkant is het te doen. Daar speelt zich volgens de kenners het leven van de koeien zich af. Misschien, dacht ik, vermijden de boeren het koeien in de ogen te kijken, omdat ze daar zelf ook zo melancholisch van worden, zo wezenloos starend naar een wezen dat zich buiten hen afspeelt. Die onzin kunnen we niet gebruiken.
(eigen foto - oktober 2012) |
Gaia was toen nog niet actief... Vanuit onze tijdsgeest zouden veel bedenkingen bij deze bedenkingen kunnen geformuleerd worden maar boven alles blijf ik mij met de schrijver verwonderd afvragen: wat leeft achter die zwemmerige ogen van een koe?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten