De tentoonstelling Paul Klee Entre-mondes toont hoe de artiest heel zijn leven lang op zoek ging naar de bron van beeldende kunsten : de ontdekking dat je met lijnen en kleuren kunt weergeven wat je ziet rondom je en hoe je het bekijkt. Hij probeerde dicht bij die bron te blijven terwijl hij ook besefte dat hij met zijn academische en kunsthistorische 'bagage' die eerste verwondering slechts kan benaderen. Op meerdere plaatsen in zijn dagboek drukt hij die spanning uit.
Zo schrijft hij ergens :
"Hoe een werk ontstaat .
1. heel nauwkeurig tekenen naar de natuur, eventueel met behulp van een verrekijker ;
2. de tekening (n°1) omdraaien en de hoofdlijnen naar voren brengen volgens het gevoel ;
3. het blad terug in zijn oorspronkelijke positie brengen en 1 (de natuur) in harmonie brengen met 2 (het doek)."
(Paul Klee in de tweetalige reeks "Paroles d'Artiste", uitg. Fage éditions, Lyon, 2016, blz. 48 - eigen vertaling uit het Frans).
Je kan een vermoeden krijgen van deze werkwijze bij het werk uit 1940 "finstere Bootsfahrt" (boottocht in het donker), een werk met lijmverf op papier.
(eigen foto finstere Bootfahrt 29,5 x 41,5 cm)) |
We zien onderaan grijze golven waarop een boot te zien is met op de voorsteven twee figuren (zie de cirkelvormen met zwarte stip erin die een hoofd suggereren) en linksboven een zwarte halve cirkel als maan(?) en rechts boven de boot een aantal silhouetten van bomen. De donkere kleuren maken van deze boottocht een sinistere ervaring.
Klee gebruikte lijmverf waardoor die stroeve brede matte kleurstrepen ontstaan. Deze doffe kleuren maken alles nog somberder.
Het werk heeft alles van een kindertekening : eenvoudige dikke lijnen, basisvormen als cirkels en driehoeken, heftige verfstrepen.
Over het kinderlijke schrijft Corn. Verhoeven : "Verwondering is alleen mogelijk vanuit een geborgenheid en als het gevoel van geborgenheid kinderlijk is, kunnen we ook zeggen dat de verwondering iets kinderlijks heeft. Dat kinderlijke is dan niet het kinderlijke van wie een kind is gebleven; het is veeleer het kinderlijke van wie een kind is geworden. Het kinderlijke is geen rudiment, maar een verworvenheid, misschien de belangrijkste. En inzoverre het kinderlijke een verworvenheid is, kan ook de gave van de verwondering worden verworven en een inleiding tot de verwondering zinvol zin." (uit: Inleiding tot de verwondering, blz. 50)
Tot hier iets over techniek en vorm, maar wat zien we? Belangrijk is hier dat dit werk is gemaakt in 1940. De toen 61-jarige Klee lijdt sedert 1935 aan sclerodermie, een ziekte die huid en inwendige organen aantast, maar waarover op dat moment niet veel is geweten. Hij voelt zichzelf wel alsmaar zieker en zwakker worden en is bang voor de dood. Aangezien zijn werkwijze erin bestaat om een beeld in overeenstemming te brengen met zijn gevoel kunnen we hier misschien de Griekse mythologische figuur Charon zien, die een schim over de Styx vaart naar het dodenrijk.
Sedert 1933 is Klee uit Nazi-Duitsland gevlucht naar Bern in Zwitserland. Als zijn werken ook worden getoond in de geruchtmakende expositie "Entartete Kunst" in München in juli 1937, is het voor Klee duidelijk dat hij niet langer de Duitse nationaliteit wil. Enkele dagen voor zijn overlijden op 29 juni 1940 bekomt hij de Zwitserse nationaliteit. Is deze donkere boottocht een nachtelijke vlucht uit Nazi-Duitsland?
Voor mij, anno 2021, zie ik ook de duizenden bootvluchtelingen die proberen de Middellandse Zee of de Noordzee over te steken. Ook altijd een 'donkere' boottocht, zelfs op klaarlichte dag.
Dat Klee in de laatste maanden van zijn leven nog zo'n kinderlijke werken maakt, toont hoezeer het kinderlijke bij hem een verworvenheid was en voor ons een inleiding tot de verwondering kan zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten