Tijdens oorlogen vallen er vele soorten slachtoffers : mensen, dieren, de waarheid, onroerend erfgoed... maar ook heel vaak bossen en bomen. Nochtans is dat verlies niet onmiddellijk terug te kopen en zeker niet zomaar te herstellen.
In zijn bundel "De benen van de hemel" heeft dichter Peter Theunynck een reeks gedichten gewijd aan de Eerste Wereldoorlog, met de passende en evident titel Flanders Fields.
Hij herdenkt in zijn verzen eveneens de bossen die ook oorlogsslachtoffer waren.
Met dit in het achterhoofd krijgt onderstaand gedicht van Peter Theunynck een nog triester gewicht. De titel verwijst naar een van opperbevelhebbers van het Britse leger.
HAIG
De oorlog liep vast.
Het front werd een lint,
een doolhof van blaffende gangen.
Een monster dat dag en nacht
mollen en merels,
mannen en paarden opvrat.
Honderdjarige reuzen vielen als vliegen
in de omringende wouden. Bijlen
beten gedurig, gulzig als bajonetten.
Bos na bos sneuvelde op de velden
van eer. Palen en vlonders, stutten
en balken had men van doen
voor bunkers en tunnels,
barakken en kisten.
Ze gaven geen kik. Gingen in stilte.
Geen grafsteen die hen gedenkt,
geen standbeeld prijst hun verdienste.
Wie bliksemt Haig van zijn paard in Montreuil?
(uit: De benen van de hemel, blz. 27)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten