dinsdag 12 november 2024

BredaPhoto editie elf - 1 -

Van 13 september tot 3 november kon je in Breda terecht voor de elfde editie van het tweejaarlijkse fotofestival. Dit jaar was het overkoepelende thema 'Journeys'. Met dit gegeven kan je vele kanten uit, wat ook duidelijk werd tijdens mijn bezoek in de laatste week van het festival. Reizen, verhuizen, handel drijven, vluchten en de spanning tussen ergens thuis (kunnen/mogen) zijn en op weg gaan (als ontspanning, als zoektocht, als vlucht, als verlangen naar beter). Als evenement met 7 locaties en 53 deelnemende fotografen is het onmogelijk hierover een omvattend verslag uit te brengen. 
In deze blog zal ik enkele fotografen en enkele aspecten die mij bijgebleven zijn delen.
Zoals de zomer van Watou sedert enkele jaren samenwerking heeft gezocht met plaatselijke mensen, zo ook in Breda zijn er enkele fotografen die een project hebben opgezet met Bredanaars.
Adelheid Roosen & Leendert Vooijce vonden 26 Bredanaars bereid om per duo het verhaal van hun levensreis te delen. Vanuit die gesprekken zochten ze samen hoe ze deze ontmoeting konden omzetten in een beeld. Een video of foto's vormden als het ware het kristallisatiepunt van dit traject.
Hier een foto van Erik en Rosine en de korte tekst die je als bezoeker als toelichting kon lezen. Het project kreeg als titel mee: In getuigenis.


(eigen foto's)


zondag 10 november 2024

Elf November

Weer staan we even stil bij wat de Groote Oorlog heeft aangericht 
en wat oorlogen overal in de wereld nu ook aanrichten aan materiële, morele en menselijk schade.  
Zoals een tentoonstelling in het Ieperse In Flanders Fieldsmuseum liep onder de titel 'De laatste getuige', 
zo is inderdaad het landschap in de Westhoek de laatste getuige van die 'Groote Oorlog'. 
Monumenten en begraafplaatsen laten je bij elke kilometer weer herinneren aan die zinloze slachtpartij. 
Een van de meest indrukwekkende getuigen kan je bezoeken in het dorp Passendale, waar zich de grootste Gemenebestbegraafplaats bevindt, 
het Tyne Cot Cemetery. 
De Kortrijkse dichter Joris Denoo (1953) bezocht deze 
en bedacht hoe dit nette, goed onderhouden 'park' en 'gazon' in schril contrast staat 
met de modderige en bloederige situatie tijdens de oorlog, vooral tijdens de derde slag om Ieper (zomer en najaar 1917). 
Denoo is echter ook een hedendaagse toerist met een fototoestel in de onmiddellijke nabijheid.

PASSENDALE

De namen van de vaders en de zonen
worden kruis aan kruis hier uitgespeld.

Altijd nieuwe wind waait over steen
en bladert steeds nieuwsgierig weer in kruinen.

En lispelt in de stad van stilte
de namen van de vaders en de zonen.

Blad na blad en boom na boom
vertakt zich naar de hemel schreiend.

Een weeë welhaast goddeloze droom
van bloed en stank en modder.

De Dood waart rond, vermenigvuldigt zich,
blad na blad en boom na boom.

Klik.

(uit: Vrede is eten met muziek. Sporen van oorlog in de Nederlandse poëzie. Samengesteld door Hans Groenewegen. Uitg. Van Gennep, Amsterdam, 2005, blz. 108-109)

(Tyne Cot Cemetery - ©CWGC)


woensdag 6 november 2024

Als ik dood ben ...

 In deze novemberdagen bezoeken we met velen de begraafplaatsen om onze overleden familie en vrienden nog even te groeten. De manier waarop mensen (willen) worden begraven is in de laatste decennia heel sterk veranderd. De vele crematies doen muren ontstaan voor urnen. De 'klassieke' kruisen of marmeren opstaande of liggende stenen of de andersvormige symbolen voor de dood (afgeknapte zuil e.a.) worden zeldzamer. Dichter Linda Vogelesang leverde in de Plint poëziekalender van dit jaar op 3 juli nog een andere idee aan...

KOM EN WACHT

Als mijn hart zijn laatste roffel heeft geslagen
zet dan geen steen
en strooi geen kiezels op mijn graf.
Die levenlozen weten niets van sterven.

Leg liever een stam
van een pas gekapte boom
en kom kijken
kom steeds weer kijken.

Zie hoe schimmels hun netwerk maken,
hoe larven zich onder de schors verschansen,
hoe kevers met hun kaken
het hout vermurwen tot het sponzig wordt
en wacht
wacht nog heel even

tot de lente komt
en net uitgevlogen vogels insecten pikken,
colonnes mieren hun eieren verleggen
en het limoengroen blad van een kastanjespruit
zich van het molmhout naar de zon uitstrekt.

(stadspark 't Zoet Breda 30/10/2024 ca.14u30)



maandag 4 november 2024

Afscheid in de herfst

 Jacques Brel zong ooit in zijn lied 'Le moribond' : c'est dur de mourir au printemps, tu sais. Sterven in de lente lijkt zo tegen alle beginnende lenteleven... maar sterven in de herfst kan ook behoorlijk lastig zijn zeker als je dan moet afscheid nemen van een geliefde vrouw. Daarover dit vers van Myrte Leffring, gelezen in Het liegend konijn (2024/2, blz. 131)
Herfst accentueert dan nog eens ervaringen van dood, loslaten, grijsheid en ontbinding. Op zo'n moment is een uitvaart voorbereiden een hele opdracht.

De dag begon met goudgeel licht,
en, natuurlijk, regen. De prunus in de straat
kleurt van groen naar rood naar geel
naar kaal. Iemand bereidt zich op
een uitvaart voor, zoekt psalmen en gezangen,
mist zijn moeder. Twee zussen missen een zus,
een nicht mist haar tante, en iemand is
zijn oma kwijt. Zo passeert er tijd, gaat
alles steeds voorbij en gebeurt alles steeds
opnieuw. Ik grijp naar teksten die een antwoord
kunnen geven op de vraag wat de zin
van het leven zou kunnen zijn. De zin van het leven
bestaat voor mij uit regels zoals deze.
En de dood? Joost mag het weten.
De dood is het onverbiddelijke wit, en al
het zwart dat nog niet staat opgeschreven.

(bos in buurt van Fumay (dep. Ardennes) - eigen foto oktober 2011)


zaterdag 2 november 2024

Afscheid nemen

 Elke mens leeft dank zij moleculen en cellen, zenuwen en aders, en de 'leefprocessen' zijn bij allen min of meer gelijk. Maar de 'beleefprocessen' van het leven verschillen dan weer sterk en die diversiteit strekt zich uit tot over de dood. Rituelen en rouwbeleving kunnen nogal verschillen, zeker van cultuur tot cultuur, maar ook binnen één cultuur van mens tot mens. De eerste dagen van november zijn voor onze cultuur een moment om geliefde doden te herdenken. De oude en nieuwe rituelen in deze dagen kunnen vele mensen troosten en laten ervaren dat ze niet alleen zijn in hun verlies en afscheid nemen. 
(litho van Käthe Kollwitz "Droefenis" uit 1920 
collectie Singermuseum Laren - eigen foto)


Maar daarnaast ontwikkelen vele mensen een eigen individueel ritueel om te leven met een leegte in hun hart en in hun leven. Een ritueel dat niet altijd tijdgebonden is maar soms plaatsgebonden.
Het vers van Andrew Motion (G.B. 1952) dat ik vond in de bloemlezing "Het laatste anker. 300 gedichten over dood en wat troost uit de hele wereld. Samengebracht door Koen Stassijns en Ivo van Strijtem" (uitg. Lannoo, 2003, blz. 361) zal voor vele mensen wel herkenbaar zijn.
Voor alle lezers van deze blog die in deze dagen bijzonder terugdenken aan een geliefd persoon die uit hun leven is verdwenen...

OP ZOLDER

Hoewel we onderhand al weten
dat niemand je kleren
nog nodig heeft, bewaren we ze
boven in een gesloten kist.

Soms kniel ik daar en
raak ze aan, probeer de tijd
weer op te wekken toen jij ze droeg,
de vorm van een arm en pols te vatten.

Mijn handen tasten
tussen holle, onzichtbare mouwen,
dralen, grijpen vast
en tillen :

een groene vakantiedag; een rood doopfeest;
al je onvoltooide levens
die in donkere zomers verbleken
en mijn hoofd binnendringen als stof.