Dichters zijn denkende woordkunstenaars en dat zorgt voor soms
verbazingwekkende verzen vol humor. Zoals ook andere kunstenaars laten ze zich vaak inspireren door hun voorgangers. Zo'n inspiratie is soms heel expliciet, soms heel zijdelings. In het poëzietijdschrift Het liegend konijn verschenen een aantal gedichten van Rik Dereeper die allen een aanzet vonden bij een dichter of gedicht. Als voetnota onderaan geeft hij de link kort weer. Het gedicht dat ik hier meegeef kreeg als toelichtende nota het volgende mee: "Rogi Wieg (1962-2015) is hier de inspirator met zijn 'Gedicht' als uitgangspunt; het verscheen in de bundel 'De zee heeft geen manieren') (blz. 36-37).
(eigen foto genomen in MOMA 5 oktober 2016) |
OORSTRELEND
voor Rogi Wieg
Je hebt mooie ogen, nee, zo mag je dat niet zeggen,
dichtte Rogi Wieg. Is zoiets heus al lang voorbij?
En wat te zeggen over oren? Prachtig zijn de oren
die de ogen helpen uit te kijken naar de ochtend:
dankzij beide schelpen, waaraan brillenpootjes haken,
kunnen ogen beter zien en mogen zij weer lezen
hoe een koning 'lieveling' als vloeibaar naamwoord
in een oor kon gieten. Zonder morsen. Glansrijk
bungelen de trendy hangers, slingeren de ringen
aan de lelletjes - hapklare belletjes. Paul Snoek
verorberde ze elke nacht met ingetoomde tanden.
Ook de binnenkant is poëzie. Een trilvlies trommelt
de geluiden via hamer, stijgbeugel en aambeeld naar
het slakkenhuis. Op dit traject van smeer tot hersens
sluipt een zijweg langs een luchtsluisregelbuisje
door Eustachius ontdekt. Zo'n luisterrijk verleden
schuilt in vele soorten oren. Neem nou tantes oude
theekopjes met goudomrande oren of het leren oor
van opa's weitas die van hazen hangt te dromen
in de zolderkast. Wie droeg in klas de ezelsoren?
Een vergeelde schoolfoto vereeuwigt Karels grote
flaporen. Bij rugwind fietste hij ons op een hoopje.
Dikwijls maakt muziek de oren blij, zo blij dat zij
de benen, stem en armen in vervoering brengen.
Klinkt Vivaldi's herfst, Erbarme dich of Il Lamento,
dan beroeren oren slechts de ogen: zie ons pinken
tijdens deze tranentrekkers. Ogen zijn de spiegels
van de ziel en oren de antennes die als voelsprieten
de sfeer aftasten. Zwoele klanken doen de handen
teder neerstrijken en laten traag de lippen naderen
met ingetoomde tanden. Oren zijn een erogene zone,
zijn unieke schelpen, langs geen strand te vinden.
Je hebt mooie oren, ja, zo mag een mens dat zeggen.
Een gedicht vol humor met klankrijmen, betekenisverschuivingen, knipogen naar andere dichters en naar componisten, een vleugje biologieles, een streling voor het hart. Om nog te herlezen en je eigen associaties daarbij de vrije loop te laten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten