donderdag 30 januari 2025

Poëzieweek 2025 - 1 - 30 januari -




Vandaag is het de jaarlijkse gedichtendag, 
de start ook van de poëzieweek. 
Het thema is dit jaar "lijfelijkheid".  
Elke dag van deze week plaats ik een bericht met een gedicht
en een 'beeld' uit mijn eigen fotobestanden,
dat volgens mij mee iets uitdrukt, bevestigt of
door het contrast dialogeert met het gedicht van dienst.
De gedichten komen allemaal uit een bloemlezing 
die in 2007 werd samengesteld door Bart Moeyaert en 
uitgegeven bij Davidsfonds (Leuven). Ik zal dan ook niet elke dag
naar die uitgave opnieuw verwijzen.
We beginnen bij het begin van elke lijfelijkheid,
nl. de geboorte.

WIEG

Geur van honing
en jonge melk,
van een nestdiertje
dat slaapt.
Een ademhalen van dons.
En speurbaar
aan de neusvleugels
de geur van wat gebeurd is:
geboorte,
geheim.

(Ida Gerhardt)

(sculptuur van Matthieu Klomp - gezien in Damme, november 2018)


dinsdag 28 januari 2025

Minne in MSK

 In de beeldende kunsten ben ik altijd heel geboeid geweest door sculpturen. Je neemt een blok hout, marmer of andere steen en door een en ander weg te kappen ontstaat een sculptuur. Het schijnt dat duizendpoot Michelangelo zou gezegd hebben dat beelden houwen enkel de figuur bevrijden is uit de brok marmer. Mooi gezegd, maar beeldhouwwerken blijven mijn bewondering altijd weer opwekken.
De schilder kan retoucheren of de tekenaar kan door arceringen een 'foute' lijn of vlak wat corrigeren, doch bij een beeldhouwer is weggekapt ook weg...
En een tweede even grote uitdaging vind ik om beelden te fotograferen zodat je de driedimensionaliteit kan 'zien' en 'ervaren' op een tweedimensionale foto.
Vorige week bezocht ik de vaste collectie van het Gentse MSK en ik keek graag naar de vele beelden van George Minne. Hierbij enkele foto's van één sculptuur, "De biddende non". Biddende nonnen leven vaak in wat men slotkloosters noemt en die vroeger zeker altijd slechts vanachter tralies bezoek konden ontvangen. Die tralies zijn meestal verdwenen, maar 'De biddende non' in Gent fotograferen zonder tralies is geen sinecure... Zie maar.



(eigen foto's)


zondag 26 januari 2025

François-Nicolas Chifflart en Victor Hugo

 

In een van de hoeken van een van de mooiste pleinen van Parijs (Place des Vosges) is het vroegere woonhuis van een van de grootste en bekendste schrijvers van Frankrijk, Victor Hugo. Dat is ingericht als museum en is gratis te bezoeken. Alleen voor tijdelijke tentoonstellingen moet je in je beurs tasten.
Zo is er nog tot 23 maart een tijdelijke expo rond de kunstenaar François-Nicolas Chifflart (St. Omer 1825-Parijs 1901). Een nu zo goed als vergeten maar getalenteerd artiest die zijn eigen weg ging, wat eigenzinnig en koppig, zoals de titel van de expo 'insoumis': niet onderworpen, niet vastgeklonken aan bepaalde instituties. Hij was in zijn tijd vooral gekend voor zijn grafisch werk (etsen e.d.) en portretten. Als jonge artiest ontving hij meerdere prijzen, waaronder in 1851 de Prix de Rome voor zijn romantische historie-schilderijen. Toch is Chifflart niet tevreden met de gang van zaken in de artistiek- academische wereld. De titel van de expo "L'insoumis" benadrukt hoe hij zich afkeert van de academie en de artistieke salons en hoe hij later de autoritaire bestuursstijl van Napoleon III zwaar bekritiseerde. Zo behield hij zijn onafhankelijkheid, maar verloor hij veel van zijn welgestelde cliënten. 
(eigen foto - inkom van de expositie)


Hij was heel gekend voor zijn etsen en illustraties bij boeken zoals o.a. van Victor Hugo (Les travailleurs de la Mer ; Notre-Dame de Paris; e.a.). Dank zij dat werk kon hij overleven. De nu onbekende Chifflart was dus heel vertrouwd met Hugo en deze tentoonstelling past dan ook perfect in dit schrijvershuis. In het huis van Victor Hugo is er een ruime verzameling te zien van schilderijen en van grafisch werk, vooral boekillustraties en illustraties in artistieke tijdschriften.
(eigen foto)

Deze Chifflart verdient het beter bekend te zijn, want hij is heel bedreven met etsen én met de olieverf, zoals goed te zien is in deze expositie. Hij is te zien als een zware romanticus van het donkerste soort. Drama, contrast, realisme. Zo ontdek je er een heel begaafde artiest en zijn duistere wereld.

vrijdag 24 januari 2025

Afscheid van NWT - Amos Oz over macht en Israël

 


In februari 1990 verscheen in het NieuwWereldTijdschrift een politiek essay van de Israëlische romanschrijver en essayist Amos Oz (1939-2018). De situatie toen was complex (wanneer niet in het Midden-Oosten??) en internationaal kreeg Israël heel veel kritiek omdat het in juni 1982 Libanon was binnengevallen en daar hele delen van dat land bezet hield, tot het zich in juni 1985 uit de meeste gebieden terugtrok (zonder de controle helemaal uit handen te geven). Toen ik onlangs dit artikel opnieuw las bleek het nog steeds brandend actueel. Tegelijk biedt het een kader waar we zichtlijnen krijgen aangeboden vanuit een joodse hoek die probeert verder te kijken dan de brandende maar ook beperkte actualiteit. Het overstijgt het polariserende denken maar maakt ook duidelijke keuzes.
Het wordt een lang bericht, doch gezien de actualiteit leek het mij beter het niet in meerdere berichten op te knippen, maar het hier in zijn geheel te plaatsen.

Hoor Israël
Amos Oz titelt zijn essay "Hoor, Israël" of in het Hebreeuws "Sjema Israël". Dit is de centrale gebedsformule in het ochtend- en avondgebed van het jodendom en kan zo vertaald worden: "Hoor Israël, de Heer is onze God, de Heer is de Enige. Heb daarom de Heer, uw God, lief, met hart en ziel en met inzet van al uw krachten. Schrijf ze op de deurposten van uw huis en op de poorten van uw stad." Zo plaatst hij zijn bedenkingen onmiddellijk in een ruim joods en historisch geheel.

Geen eenvoudige en eenduidige breuklijnen
Amos Oz  begint zijn essay met erop te wijzen dat er geen simpele schema's zijn om over de houding van de joden te spreken. Hij benoemt de interne verdeeldheid binnen de joodse gemeenschap als een Israëlische burgeroorlog die al tientallen jaren aan de gang is, maar hoofdzakelijk een verbale oorlog is waarbij de partijen elkaar maagzweren en hartaanvallen bezorgen. Fijntjes wijst hij erop dat Engeland, Frankrijk en de Verenigde Staten van Amerika (en op een andere wijze ook Duitsland, Rusland of Italië) mede zijn gevormd door bloedige burgeroorlogen.

"Zoals in elke maatschappij bestaat er in Israël een niet aflatende spanning tussen integrerende en differentiële krachten. Zij het dat de differentiële kracht bij ons naar het luidruchtige neigt, terwijl de integrerende kracht soms aan het oog onttrokken is. (...) een 'onafwendbare burgeroorlog' die tot dusverre was afgewend doordat de verborgen integrerende kracht tenslotte sterker bleek dan de zichtbare differentiële kracht, doordat de boosheid niet opgekropt werd, maar gekanaliseerd in verbale woedeuitbarstingen, en tevens door de verenigende invloed van de dreiging van buiten."

Dan beschrijft Amos Oz verschillende visies en dromen over de staat Israël zoals die leven bij verschillende groepen in het jodendom. Hij rondt die beschrijving als volgt af : 
"Een rijk, fascinerend, gecompliceerd gamma van tegenstellingen is dus niet alleen kenmerkend voor het hedendaagse Israël. Het ligt verankerd in de grondvesten van de staat. Het kan natuurlijk degenereren door een oppervlakkig verlangen 'de scheidsmuren neer te halen' om zich te kunnen scharen rond een banale gemeenschappelijke noemer. Ook kan het een gewelddadige, verwoestende explosie teweegbrengen. " Er is voorlopig(anno 1989) niet zo'n explosie, zegt Amos Oz, op voorwaarde dat "er momenten van waarheid zijn waarin ook een verdeelde maatschappij niet kan ontkomen aan het nemen van een ondubbelzinnige beslissing over waarden en normen."
(©Christenen voor Israël)


Voor het eerst fysieke macht
De toenmalige Libanon-oorlog noemde Oz zo'n moment van waarheid, omdat de staat Israël haar macht en mogelijkheden ontdekt heeft doorheen deze oorlog.
"De ervaring van macht maakt velen van ons dronken, hetgeen begrijpelijk is: duizenden jaren lang hebben de joden ervaring opgedaan met de macht van het geloof en van zelfopoffering, met economische en intellectuele macht, maar de macht van de fysieke kracht hadden de joden slechts ervaren op hun eigen rug. En nu, 'plotseling' beschikken joden over militaire macht..."

Oz wijst erop dat deze macht langzaam is opgebouwd maar velen zien niet dat deze fysieke macht slechts mogelijk werd door motivatie, erkenning door internationale gemeenschap, bondgenootschappen... Die blindheid vindt Oz pijnlijk en verderfelijk. Maar er is erger...
"Erger nog is de alomtegenwoordige blindheid voor het fatale verband tussen het voortdurend vertrouwen op fysieke macht, het arrogante gepronk met macht, de aanbidding van macht, en het aanzwellen van de geweldsgolven in eigen huis: wie zichzelf en zijn kinderen opvoedt volgens de grove stelregel dat macht recht verleent en dat je stevig moet vasthouden wat je te pakken gekregen hebt, dat de overwinning een teken is van hemelse genade, dat wie eens slachtoffer is geweest, zichzelf als slachtoffer mag blijven beschouwen, ook als hij anderen tot slachtoffer maakt, dat het leven een kwestie is van in één keer je slag slaan, die moet niet verbaasd zijn als deze regels binnendringen in het dagelijks leven, in de relaties op het werk, met de buren en binnen het gezin, en in de rij bij de bushalte."

Geen vragen stellen
Oz zag tijdens de Libanonoorlog een soort extase van zionistische overheersingsretoriek. Heel de wereld moest de joodse waarheid zien én erkennen. Maar deze oorlog kwam niet uit op een groot debat over de grenzen van de macht.
"Ook deze vragen worden niet meer gesteld: wat kan er met macht bereikt worden en wat niet? Wat mag er wel en niet met macht gedaan worden? Wat is de moeite waard om met macht te bewerkstelligen en wat niet? Wat is de aard van macht, en waaruit bestaat ze?"

Amos Oz vindt de tweespalt in het joodse denken geworteld in de boeken van de Thora (de eerste vijf boeken van de Bijbel, voor het jodendom dé enige Bijbel). 
"Al vanaf Genesis woedt er in het jodendom een strijd tussen xenofobisch stamsentiment en een open, algemeen-menselijke visie. We moeten erkennen dat beide benaderingen authentiek-joods zijn en dat geen van de twee 'origineler' is dan de andere. (...) altijd is die oude spanning werkzaam tussen de twee primaire houdingen ten opzichte van 'de buitenwereld'. De Dr. Jekyll en Mr. Hyde van het jodendom. Het moderne zionisme heeft deze ambivalentie geërfd."

Tegen die achtergrond bekijkt Oz de strijd van de staat Israël sedert haar onafhankelijkheid. Hij is niet zo mals voor de evoluties die hij meent te onderkennen daarbij.
"Wat begon als de strijd om het recht 'een vrij volk te zijn', heeft gaandeweg een eendimensionale betekenis gekregen: vrij zijn van vreemde overheersing. Maar er worden steeds meer componenten overboord gezet ten behoeve van de 'vrijheid' om anderen te onderdrukken. En om de Palestijnen te kunnen blijven onderdrukken, wordt van ons geëist dat we een aantal zaken opofferen die kenmerkend zijn voor een vrije staat. (...) Er is een generatie opgegroeid van strijders, militaire gouverneurs, veiligheidsmensen, lijfwachten en geheim agenten. De staat mobiliseert zijn beste zonen niet om zichzelf te verdedigen, maar om zijn 'veiligheidszones' te handhaven."

Amos Oz komt zo tot het besluit van zijn essay, van zijn proeve om de machtspositie van de joodse staat te doorgronden. De laatste alinea gaf hij als titel:

Het lichaam en de ziel
"Wij zijn niet bij machte, hoe men het ook wendt of keert, om alle Arabieren te onderwerpen en hun het concept op te leggen van het 'recht op grond van voorvaderlijke verdienste' dat voor sommigen van ons zo heilig is. 
Wij zijn niet bij machte om de hele wereld te dwingen zich te onderwerpen aan de wil en de machtshonger van sommigen van ons. Wij zijn niet bij machte om gestalte te geven aan de fantasie van Dov Lior [rabbijn en belangrijk woordvoerder van extreem-rechtse joodse strekking] door 'al het kwaad in de wereld uit te roeien'. 
Wij zijn wèl bij machte om te kiezen of we ons al dan niet boosaardig gedragen.
De keuze gaat daarom tussen compromis, overeenstemming en coëxistentie enerzijds, en anderzijds een telkens terugkerend gewelddadig opleggen van onze macht zonder enige zekerheid dat deze afdoende zal zijn, en met ernstige vrees voor processen die de grondvesten van onze macht zullen aantasten. (...) De prijs van de permanente afhankelijkheid van gewapende macht, een macht die ons ten dele is toegevallen door de goedgunstigheid van anderen, de prijs voor het gebruiken van de macht om de wil van enkelen van ons op te leggen aan de rest van het volk, aan de Palestijnen, aan 'de wereld', zou wel eens onaanvaardbaar hoog kunnen worden. De uitdijing van het lichaam kost ons onze ziel."

Hoe pijnlijk actueel blijft deze analyse door een Israëlisch staatsburger, vijfendertig jaar na publicatie. Maar naast deze onmiddellijke toepassing, zie ik elementen in dit essay ook op andere vlakken te overdenken. Al wie over macht wil denken en over opvoeding, vindt hier vruchtbare ideeën. 
En dan die fundamentele idee: we zijn bij machte te kiezen 
of we ons al dan niet boosaardig gedragen. 
Stellen wij ons open 
voor integrerende of voor differentiërende krachten?
Uitdagend om te realiseren in dit nieuwe jaar.
 

woensdag 22 januari 2025

Shiota een groot paleis vol - 3 -

 Ondanks de schaal van grootte ervaren we de installaties van de Japanse Chiharu Shiota (1972) als intiem, kwetsbaar, ingetogen en poëtisch. Broze werken die ons confronteren met onze eigen broosheid, maar op een niet schokkende of agressieve manier. Zo wordt onze ziel geraakt en trillen de innerlijke snaren van ons bestaan. De grote toeloop tussen Kerst en Oudejaar 2024 in Grand Palais te Parijs vond ik soms té, maar toch bleef er in de immense zalen van de expositieruimte een 'gewijde' en 'ingetogen' sfeer hangen. 
Veel installaties hebben hun start bij een beleving van de artieste zelf, maar zonder die link expliciet te kennen, heb je al toeschouwer al visuele handvatten om in het werk te verdwalen.
Een dradeninstallatie van een heel donkere soort laat zich lezen zonder het verhaal. Wie goed kijkt 'ziet' het verhaal. Je komt in een ruimte met heel wat zwarte stoelen en een zwart skelet van een piano (uitgebrand?). Het is alsof na de brand niemand meer in deze ruimte is binnengekomen want alles is overdekt en verbonden met een zware zwarte draden (spinnenwebben?). De installatie heeft als titel : "Silentium" en verwijst naar de 'zwijgende' piano. Ze gaat terug op een herinnering aan de brand bij de buren die een piano hadden en die ze vaak hoorde spelen erop. Sedert de brand enkel maar stilte...
(Shiota : Silence - foto: Marc Deconinck)



Een van de enige installatie waar géén draden bij te pas komen is voor het eerst opgezet in Dresden in 2009: Inside-Outside. Shiota die het grootste deel van haar leven woont en werkt in Duitsland heeft gezien hoe in het voormalige Oost-Duitsland de angst voor 'buiten' (de Stasi, de mogelijks klikkende buren,...) begon te verdwijnen. Tegelijk kwam ook de eerste Westerse luxe binnen met bijvoorbeeld het veranderen van de ramen. 
(Shiota: Inside-Outside - eigen foto)
Niet langer houten, enkelglazige vensters, maar nu kunststoffen raamwerk met (drie)dubbele beglazing. Zo bleven veel houten ramen achter op het stort. Al deze elementen samen verenigde ze in een halfopen verdiepingenhoge stapeling van houten afgedankte ramen. De relatie tussen privé en publiek is veranderd en als toeschouwer kijk je op naar deze hoge muur van ramen en besef je: hier is iemand bezig met het zoeken naar de waarde van een raam, van een medium tussen binnen en buiten.


Wie nog in Parijs geraakt voor 19 maart, kan zich laten verleiden door de poëtische wereld van Shiota en voelen hoe haar ziel trilt en zo onze ziel tot trillen beweegt.

maandag 20 januari 2025

Shiota een groot paleis vol - 2 -

 De tentoonstelling van en over Chiharu Shiota die nog te zien is in Parijs (Grand Palais) tot 19 maart, wordt ons gepresenteerd als een retrospectieve, dus een terugblik en overzicht. 
In 's Hertogenbosch (2017) had ik naast haar draden-installaties enkele video's gezien en enkele werkschetsen, maar dat was het. Eerst iets over haar videowerken.  In 1996 verhuist Shiota naar Duitsland en studeert in 1997-1998 bij Abramovic in Hamburg. In haar jaren van opleiding (jaren 1990) maakt ze meerdere video's van en met haar zelf tijdens een performance. In die eerste werken is ze heel sterk schatplichtig aan Abramovic. Meer dan in 's Hertogenbosch zijn er video's van haar performances te zien in Parijs. In die zin biedt Grand Palais echt ook een retrospectieve.
Hier tonen ze ook een ander facet van haar werk, nl. hoe ze decors ontworpen heeft voor toneel en opera, met enkele filmpjes waarin je kan zien hoe die decors functioneerden. Dat was voor mij de verrassing van deze expo.   Zo zal in Amsterdam de eerstvolgende operaproductie februari dit jaar (Idomeneo, re de Creta) spelen in een decor ontworpen door Shiota. Hieronder het speelvlak van "Gotterdämmerung" (Wagner), gespeeld in de opera van Kiel in 2018.

(©Olaf Struck)



Er zijn in Grand Palais ook heel wat aquarellen en ander grafisch werk te zien. Het grote knoopnetwerk van haar installaties versmalt tot een blad papier en vaak kan je in die werken 'cellen' zien. Dat is niet zo toevallig want in 2005 werd bij Shiota kanker gediagnosticeerd en in 2017 een recidive. Dan zoekt zij als het ware haar weg in de/haar microkosmos.  
(Cell - ©ueshima museum collection)

Zo laveer je als toeschouwer mee tussen het 'kleine' individuele verhaal en zogenaamde 'meta'verhalen. Zo zoek je, samen met Shiota, jouw weg in dat wondere gegeven dat we 'leven' noemen.

zaterdag 18 januari 2025

Shiota een groot paleis vol - 1 -

Nog tot 19 maart kan je in Parijs in het Grand Palais gaan zien naar een grote tentoonstelling van de 53 jarige Japanse installatiekunstenares Chiharu Shiota. De titel van deze retrospectieve is "The Soul Trembles"
Haar voornaamste medium waarmee zij werkt zijn touwen (wit, zwart, rood) die ze tot een groot web verknoopt. Zo de grote ruimtes van het Grand Palais inpalmen is geen sinecure, en daar lukt ze meestal heel goed in. Een knooppuntennetwerk van touwen dat tegelijk transparant is én toch een zekere ondoorzichtigheid veroorzaakt; een soort doolhof waar je als bezoeker ronddwaalt en waar onherroepelijk persoonlijke herinneringen en verhalen naar boven komen, uitgelokt door een installatie die zelf vaak is gebaseerd op een bepaalde gebeurtenis of herinnering. De titels van de werken zijn daarbij tegelijk een toegang tot een interpretatie maar ook zijn ze open genoeg om onder te schuilen met je eigen, andere verhaal.


Neem nu een werk dat ik al zag in 2017 in 's Hertogenbosch en nu ook in Parijs is en een affichebeeld voor deze expo. De titel reikt een bril aan "Uncertain Journey" (de onzekere reis) en je ziet enkele kleine skeletten van bootjes onder een rood gewelf van geweven draden. Die reis is onzeker, maar over welke reis gaat het? De bootjes zijn leeg: waar zijn de mensen die ze gebruikten? De levensreis? De overtocht van bootvluchtelingen? Het bootje dat de Lethe of de Styx oversteekt? En alles in het rood : kleur van het leven, van de liefde, van bloed dat vergoten is??? Wandelend doorheen dit poëtische spel van rode draden kijk je hoe alles is gemaakt én tegelijk word je getrokken binnen een schijnbaar doorzichtig verhaal...
(eigen foto: where are we going?)


De installatie waarmee je wordt verwelkomd doet je even naar adem happen en roept de vraag op: wat zal ik nog te zien krijgen. De titel van dit werk sluit helemaal aan bij deze ervaring : "Where are we going?". Je blik wordt naar boven getrokken, naar buiten jezelf en tegelijk voel je jezelf klein en op die manier teruggeworpen op jezelf. Waar gaan we heen en wie zijn we in dat verhaal van de op weg zijnde mensheid? En hoe heeft ze dit bedacht én voor elkaar gekregen?

 Bewondering, verwondering... de basis van een kunstbeleving die bijblijft. Het Grand Palais wordt kundig ingepalmd door de dradenpoëzie van Shiota.

donderdag 16 januari 2025

Afscheid van NWT - Gerrit Komrij via Benno Barnard

 



Snuisterend tussen enkele nummers van het NieuwWereldTijdschrift anno 1987 vind ik een voorpublicatie uit het boek "Brusselse Bijdragen" van Benno Barnard. Daarin dwaalt hij door Brussel waar hij ook enige tijd heeft gewoond. Zelf regelmatig verhuisd zie ik vele flarden passeren in mijn hoofd, anders dan Barnard natuurlijk, maar toch : 'het huis waarin ik gewoond heb woont ook in mij'.

"Het huis waarin ik tot na de zomer van 1984 heb gewoond ligt vlak bij het Jubelpark. Ik denk aan dit huis (waarvan ik de voordeur nog geen uur geleden achter mij heb dichtgedaan) en ik herinner mij een gedicht :
Het huis waarin ik zo lang heb gewoond
woont ook in mij. De fiere gevel die
zich aan de straatkant scherp aftekent troont
daarboven met dezelfde acribie.

Daarboven in mijn hoofd. De lange gangen
vol schemering en half-gedoofde stappen
doorsnijden hersenen en huis, behangen
met kille doeken en met lampenkappen.

Het zolderraam dat oorverdovend beeft
wanneer een vrachtauto passeert, ziet uit
op een verlaten park. Erover zweeft
het gruis van een oud feest, zonder geluid.

Het gedicht is van Gerrit Komrij en heet Souvenir."

(uit: NWT 1987)
 

dinsdag 14 januari 2025

Een Petit Palais voor een groot schilder : Ribera in Parijs -2-

 Nog tot 23 februari is het Petit Palais in Parijs een grand seigneur van de barokschilderkunst uitgebreid te bewonderen. José de Ribera (1591-1652) krijgt er een grote en grootse overzichtstentoonstelling die vele bijzondere bruiklenen samenbrengt.
In een vorig bericht had ik het al over de invloed van Caravaggio en Carreggio en over de picturale kwaliteiten en zijn realistische portrettering. 
Maar je kan in Parijs ook zien hoe Ribera meestal niet over één nacht ijs gaat voor zijn werken. Er hangen een aantal schetsen, die hem ook laten zien als kundige tekenaar. Je kan er bijvoorbeeld een schets zien van de dronken Silenus (leermeester van Dionysius) en een zaal verder een doek met hetzelfde thema. Mooi om te vergelijken.

(tweemaal Ribera : de dronken Silenus - eigen foto's)


De laatste zaal van de expo benadrukt het realisme van Ribera door in te gaan op de wreedheid van zijn tijd. Martelingen en wrede executies die door een groot en veelzijdig publiek (groot en klein, jong en oud, arm en rijk) werden bekeken als sociale spektakels liefst in het centrum van de stad confronteren ons met onszelf. Wreedheid wordt in onze westeuropese samenleving vaak geweerd uit de media ; expliciete executiebeelden circuleren enkel in bepaalde kringen van het zogenaamde 'dark net' ; dood en lelijkheid proberen we vaak weg te masseren... terwijl in het Napels van Ribera je altijd wel iets kon zien van de menselijke lelijkheid (letterlijke en figuurlijke donkere kantjes). Toch loert ook bij ons om elke hoek van het journaal en de cinema een beeld van foltering, moord, oorlog, mishandeling ... De aard van de mens lijkt in 400 jaar nog niet zo veel veranderd, alle 'beschaving' en 'verlichting' ten spijt. 
Een hevige uitsmijter die laatste zaal voor een mooie en leerrijke tentoonstelling.
(Ribera: schets van een executie - eigen foto)

(Ribera : Marteldood van heilige Bartholomeus-
 nl. levend villen... foto: Marc Deconinck)


zondag 12 januari 2025

Een Petit Palais voor een groot schilder : Ribera in Parijs -1-

 

Nog tot 23 februari kan je in Parijs een grote overzichtstentoonstelling zien van de barokschilder Ribera. In musée Petit Palais hangen tientallen werken van 'lo Spagnoleto' (de kleine spanjaard) die een boeiend reisparcours vormen doorheen werk en leven van deze talentvolle schilder. Een ruim overzicht...

In 1591 geboren in de buurt van Valencia trekt hij als bijna15-jarige naar Rome om er schilder te worden. In 1605 komt hij er aan en zoekt steun bij de Spaanse gemeenschap in de eeuwige stad. Hij wordt leerling in verschillende ateliers en krijgt er zijn eerste opdrachten. Caravaggio die in 1606 Rome ontvluchtte, heeft hij wellicht wel ontmoet, maar overduidelijk is hij sterk beïnvloed door diens stijl. 
De expo in Parijs spreekt over "Ribera: ténèbres et lumière" (Ribera: donker en licht) en geeft in die titel al aan dat het chiaroscuro (clair-obscur) typisch voor Caravaggio ook bij Ribera overheerst. Ook in de lijn van zijn artistieke voorbeeld, heeft Ribera een voorliefde voor het 'realistisch' uitbeelden van gebrekkige of oude mensen. 
(Ribera : Allegorie van de geur
foto: Marc Deconinck)




Afgezien van een kort verblijf in Parma (1611) waar hij werken van Correggio bestudeert én contacten legt die opdrachten opleveren, ontwikkelt hij zich verder als één van de belangrijkste schilders in Rome, die de ene opdracht na de andere binnenrijft.
In 1616 verhuist José de Ribera definitief naar Napels, waar hij zal werken tot aan zijn dood in 1652. Napels is deel van het Spaanse rijk waar de onderkoning resideert. Daar wordt hij gezien als de grondlegger van de zogenaamde Napolitaanse school, met heftige licht-donker contrasten, een rauw realisme en diepe kleuren.

(Ribera : Apostel Thomas
eigen foto)

Ribera was een goede portrettist, die vaak dezelfde modellen gebruikte in verschillende contexten. Doorheen de tentoonstelling zie je dan vaak zelfde gezichten terugkomen, nu eens als apostelfiguur, dan weer als onderdeel van een groepje toeschouwers of als allegorisch personage. Zijn realisme in deze doet je zo verbeelden dat je straks die persoon ergens tegen het lijf kan lopen. Een plezier voor het oog. 

vrijdag 10 januari 2025

Afscheid van NWT - Milan Kundera over politici en het verlangen naar onsterfelijkheid

 



In juni 1990 verscheen in het NieuwWereldTijdschrift een voorpublicatie uit de roman "Onsterfelijkheid" van Milan Kundera. Deze tekst is een verhalend essay waarin Johann Wolfgang von Goethe zijn imago wil beschermen tegen een jonge bewonderaarster. 
Kundera schetst Goethe als een moderne politicus die zich een plaats wil veroveren als 'onsterfelijke', als eeuwig beroemde persona. De Franse presidentValery Giscard d'Estaing, de zopas overleden  Amerikaanse president Jimmy Carter, de veldheer Napoleon passeren als voorbeelden van politici die probeerden onsterfelijk te worden. Ik denk nu aan huidige politieke leiders als Poetin, Trump en nog meer Belgische, Europese of buitenlandse figuren.

Dan zegt Kundera anno 1988(!) : 
"De hele kunst van de politiek berust tegenwoordig niet op het besturen van de polis(die bestuurt zichzelf door de logica van haar duistere en oncontroleerbare mechanisme), maar in het verzinnen van 'petites phrases' waardoor de politicus gezien en begrepen wordt, hoog scoort in de enquête en gekozen of niet gekozen wordt in de volgende verkiezingen."

Wie een imago van onsterfelijkheid nastreeft, bouwt een eigen levensverhaal op waarin geen scheuren mogen voorkomen. Met een heldere verhaallijn probeert de ambitieuze 'kandidaat onsterfelijke' zichzelf te presenteren. Dat brengt Kundera ertoe om te filosoferen over de loop van het leven in het algemeen :
"We moeten de wijzerplaat van het leven begrijpen.
Tot op een zeker ogenblik ligt de dood te ver weg om ons ermee bezig te houden. Hij is ongezien en onzichtbaar. Dat is de eerste gelukkige fase van ons leven.
Maar daarna beginnen we de dood voor ons te zien en kunnen we de gedachte eraan niet kwijtraken. De dood is bij ons. En omdat onsterfelijkheid aan de dood vastzit, net als Hardy aan Laurel, kunnen we zeggen dat ook onze onsterfelijkheid bij ons is. En op het moment dat we beseffen dat zij bij ons is, beginnen we ons er hartstochtelijk om te bekommeren. (...)
(Van Gogh : Twee populieren
nabij Saint-Rémy 1889)

Na deze tweede levensfase, waarin je je ogen niet kunt afhouden van de dood, komt nog een derde fase, de kortste en geheimzinnigste, waarvan weinig bekend is en waarover weinig wordt gesproken. Je krachten nemen af en een ontwapenende vermoeidheid wint terrein. Vermoeidheid : de stille brug die de oever van het leven verbindt met de oever van de dood. De dood is zo dichtbij dat de aanblik saai is geworden. De dood is weer onzichtbaar en ongezien: ongezien zoals te intiem bekende voorwerpen. Een vermoeide man kijkt uit het raam, ziet de boomkruinen en spreekt in gedachten de namen uit: kastanjeboom, populier, esdoorn. En die namen zijn net zo mooi als het bestaan zelf. De populier is hoog en lijkt op een atleet die zijn arm heft naar de hemel. Of hij lijkt op een vlam die de hoogte is ingeschoten en versteend. Populier, o populier. Onsterfelijkheid is een lachwekkende illusie, een leeg woord, wind die je vangt in een net voor vlinders... Onsterfelijkheid interesseert de vermoeide man in het geheel niet meer."

Politici en hun 'petites phrases', hun drang naar 'blijvende'(?) roem en macht en de illusie van de onsterfelijkheid. Kundera schetst het via Goethe en populieren en zijn schets kan ons nog altijd bekoren. 

woensdag 8 januari 2025

Bijzondere kunstcollectie in de Orangerie in Parijs

 Nog tot 27 januari kan je in het musée d' Orangerie in de jardin des tuilleries in Parijs een indrukwekkende tentoonstelling zien met werken van de kunsthandelaar en -verzamelaar Heinz Bergruen.
Deze expo toont de rol van kunsthandelaars en galeriehouders en hun belang voor artiesten én voor verzamelaars. Tegelijk zie je de gedrevenheid van een kunstliefhebber.
De meeste van de ongeveer honderd werken zijn van vier artiesten uit de twintigste eeuw : Picasso, Klee, Matisse en Giacometti. Meerdere werken zijn nog altijd in privébezit van de familie Berggruen. Vooral bij de vele Klee's ontdekte ik werken die ik nog nooit had gezien. Een boeiende ontdekkingstocht binnen de West-Europese kunstgeschiedenis van de 20ste eeuw. 
(Henri Matisse : Intérieur atelier à Nice 1929
eigen foto)

(Paul Klee : Stilleven met plant en venster 1927
eigen foto)


maandag 6 januari 2025

Boeken om in te wonen

 Wat ik moeilijk kan begrijpen is dat er zoveel mensen niets hebben met boeken. Maar wie wel iets heeft met literatuur is dan ook vaak er  heel erg door bezeten.
Over wat boeken kunnen betekenen schrijft de jonge Nederlandse dichter Pieter Olde Rikkert een vers vol humor en mededogen.
Een vers om te koesteren...

EZELSOREN

de vrouw van de bibliotheek met de kromme vingers lijkt erg op mijn moeder
nu ze zegt dat mijn boete te hoog is om mezelf te kunnen zijn.
ze vraagt waarom ik toch al zo lang een boek bewaar over een jongen

alleen in het bos. ze weet niets van de sterretjes bij mijn lievelingszinnen,
hoe de maan in hoofdstuk veertien van vorm verandert en ik moet huilen
wanneer de jongen een riviersteen vasthoudt als zijn konijn.

een mens laat zich achter in wat hij koestert, zegt de vrouw,
met haar kromme vingers strijkt ze kreukels uit ezelsoren.
u begrijpt het niet, zeg ik, maar ze verwijst me door

naar de geschiedenisafdeling, waar de linkerhelft van een jongen van vijf
lacht om wereldoorlogen en schizofrene legerleiders. hij vraagt
me de titels voor te lezen en zegt, ik wil weten wanneer ik word herinnerd.

bij elk boek dat ik uitspreek vallen de letters van de rug, ze veranderen
in kleine zwarte raven, vliegen richting mijn haar, in mijn oren, veel te laat
hoor ik ze krassen: dit is een nest om in te wonen
(uit: Het liegend konijn, 2024/2, blz. 186)

(Oskar Kokoschka : portret van Franz Hauer 1913 - detail - eigen foto)

 

zaterdag 4 januari 2025

Tina Barney in Parijs

 

Nog tot 19 januari dit jaar is er in het museum Jeu de Paume in Parijs een uitgebreide tentoonstelling te zien met foto's van de Amerikaanse Tina Barney (1945).



De selectie toont op groot formaat foto's van het leven van rijke Amerikaanse families. Zo portretteert Barney haar eigen sociale milieu op een bij momenten genadeloze manier: rijke mensen die zich laten omringen met kunst en kitsch, zich feestend vervelen, pronken met hun bezittingen, zich spiegelen aan elkaar en jaloers zijn op elkaar, ... 

(eigen foto)

De presentatie in Jeu de Paume met reflecterend glas bood ook nog eens extra 'prentjes'. De grote, haarscherpe foto's imponeren en maken de bezoeker tot voyeur, wat soms behaaglijk maar soms ook ongemakkelijk aanvoelt. De tentoonstelling bezoeken is als bladeren door het album van een upperclass-familie.

(eigen foto's 29 december 2024)


donderdag 2 januari 2025

Caillebotte in Parijs

 Nog enkele weken, tot 19 januari dit jaar, kan je in het Parijse musée d'Orsay naar een uitgebreide tentoonstelling van de 19de eeuwse schilder Gustave Caillebotte (1848-1894). Deze expo kreeg als titel "Peindre les hommes". 


Het oeuvre van Caillebotte toont vooral stadszichten van het modern wordende Parijs (nieuwe stadsboulevards en nieuwe treinstations) en de mensen in dat stedelijke milieu. Maar het valt op dat de meeste mensen bij Caillebotte mannen zijn: keurig in het pak zittende welgestelde burgermannen of deze mannen tijdens hun favoriete ontspanning al roeiend of anderzijds werkende mannen die vloeren boenen, muren verven, of ander decoratief werk verrichten in de nieuwe huizen langs de nieuw aangelegde boulevards.
De fascinatie van Caillebotte voor mannen wordt in deze expo uitgebreid belicht maar blijft tegelijk iets ongrijpbaars hebben. Als bezoeker word je voortdurend de les gelezen omdat Caillebotte een nieuwe kijk zou geboden hebben op mannelijkheid. Maar die visie van de curatoren lijkt mij wat 'opgeklopt'. 

(voorstudies van Caillebotte - eigen foto)


Toch is voor wie van schilderkunst houdt, deze tentoonstelling een feest, vooral omdat je als bezoeker mee kan ontdekken hoe Caillebotte zijn grotere schilderijen minutieus voorbereid. Er zijn vele schetsen en voorstudies te zien met details waarbij bepaalde houdingen worden bestudeerd. Ook zo veel werken samen die het luxe leven van de betere Parijse burgerij toont én het zware werk van de gewone arbeiders die het luxekader helpen realiseren.
(Caillebotte : Raboteurs de parquet 1876 -foto : Marc Deconinck)