vrijdag 28 februari 2025

Afscheid van NWT - Joseph Brodsky over zijn overleden ouders - 3 -

 


Wanneer zijn beide ouders gestorven zijn schrijft de Russische dichter Joseph Brodsky een uitgebreid in memoriam. Het NieuwWereldTijdschrift publiceerde in november 1986 de Nederlandse vertaling van Kees Verheul. De dood van zijn ouders is een aanleiding voor Brodsky om te schrijven over zijn leven en de herinneringen aan zijn eerste vaderland, Rusland. Al schrijvend ontdekt hij dat het menselijke geheugen ook zijn eigen wegen gaat. In deze laatste bijdrage enkele citaten hierover.

Geheugen is een visnet
"'Op je verjaardag en met Nieuwjaar moet je altijd iets splinternieuws aandoen. Op zijn minst sokken' - dit is de stem van mijn moeder. 'Eet altijd iets voor je op bezoek gaat bij iemand die je baas is: je chef of je officier. Op die manier krijg je wat lef.' (Hier is mijn vader aan het woord). 'Als je net de deur bent uitgegaan en je terug moet omdat je iets hebt vergeten, kijk dan even in de spiegel voor je weer naar buiten gaat. Anders kun je narigheid krijgen.' (Zij weer). 'Denk er nooit aan hoeveel je hebt uitgegeven. Denk eraan hoeveel je kunt verdienen.' (Dat is hij). 'Loop nooit op straat zonder jasje.' 'Het is goed dat je rood haar hebt, wat ze ook mogen zeggen. Ik was een brunette en brunettes zijn een beter doelwit.'
Ik hoor deze vermaningen en instructies maar het zijn fragmenten, details. Het geheugen verraadt iedereen, vooral degenen die we het best hebben gekend. Het is een bondgenoot van de vergetelheid, het is een bondgenoot van de dood. Het is een visnet met een heel geringe vangst en met het water eruit weggelopen. Je kunt het niet gebruiken om iemand te reconstrueren, zelfs niet op papier. Wat is er aan de hand met die zogenaamde miljoenen cellen in je hersens? (...)

Economisch gebruik van de hersenen
"Vermoedelijk gaat het er gewoon om dat er geen continuïteit mag zijn, van niets. Dat manco's van het geheugen alleen maar een bewijs zijn van de ondergeschiktheid van een levend organisme aan de natuurwetten. Geen enkel leven is bedoeld om bewaard te blijven. Alleen een farao heeft aspiraties om mummie te worden. Aangenomen dat de voorwerpen van je herinnering dit soort nuchterheid bezitten, kan dit je verzoenen met de kwaliteit van je geheugen. Een normaal mens verwacht niet dat er iets eeuwig zal voortduren; hij verwacht zelfs geen duurzaamheid voor zichzelf of voor zijn werk. Een normaal mens herinnert zich niet wat hij bij zijn ontbijt heeft gegeten. Dingen van een routinematige, zich telkens herhalende aard, zijn bedoeld om vergeten te worden. Je ontbijt is daar één van; je dierbaren eveneens. Het beste wat je kunt doen is dit toeschrijven aan een economisch gebruik van de hersenruimte.
En je kunt die wijselijk uitgespaarde hersencellen benutten om te overdenken of manco's van het geheugen niet alleen maar een onderdrukt stemgeluid zijn van je vermoeden dat wij allemaal slechts vreemden voor elkaar zijn. (...) Dat een kind zich zijn ouders niet herinnert omdat hij altijd op weg is naar elders, klaar voor de sprong naar de toekomst. Ook hij spaart zijn hersencellen vermoedelijk voor toekomstig gebruik. Hoe korter je geheugen is, hoe langer je leeft, zegt een spreekwoord. "

Brodsky zal herinnerd blijven als Nobelprijswinnaar Literatuur en wie hem leest ontdekt een bijzonder leven en ontdekt ook een spiegel om het eigen leven anders te zien.

donderdag 27 februari 2025

Afscheid van NWT - Joseph Brodsky over zijn overleden ouders - 2 -

 


Het in memoriam dat Joseph Brodsky schreef voor zijn ouders (NWT 1986 november) is een lange mijmering geworden over leven en dood, relatie ouders-kinderen, over zijn eerste vaderland Rusland, over herinneringen en zo veel meer.
Over de drang van kinderen om hun thuis, hun 'nest' te verlaten en wat dat betekent schrijft hij ook.

De hunker om weg te gaan
"In wisselende mate begeert ieder kind de volwassenheid en hunkert hij ernaar uit zijn huis weg te gaan, weg uit zijn beklemmende nest. Weg! Op naar het echte leven! De wijde wereld tegemoet. Op naar een zelfstandig bestaan.
Mettertijd gaat zijn wens in vervulling. En enige tijd wordt hij in beslag genomen door nieuwe perspectieven, is hij bezig met het bouwen van zijn eigen nest, met het vervaardigen van zijn eigen werkelijkheid.
Dan, op een dag, als hij zijn nieuwe werkelijkheid beheerst, als hij zijn zelfstandig bestaan vorm heeft gegeven, verneemt hij plotseling dat zijn oude nest is verdwenen, dat degenen die hem het leven hebben geschonken dood zijn. Op die dag voelt hij zich als een gevolg dat opeens geen oorzaak meer heeft. Het kolossale van het verlies maakt het onbegrijpelijk. Zijn geest, naakt geworden door dit verlies, krimpt ineen en vergroot de omvang van het verlies nog meer. Hij realiseert zich dat zijn jeugdige zoeken naar het 'echte leven', zijn vertrek uit het nest, dat nest weerloos hebben gemaakt. Dit is erg genoeg, maar hij kan de schuld op de natuur schuiven.
Wat hij niet kan afschuiven op de natuur is de ontdekking dat wat hij bereikt heeft, de door hemzelf vervaardigde realiteit, minder geldigheid heeft dan de realiteit van zijn verlaten nest. Dat als er ooit iets werkelijks in zijn leven geweest is, dat juist dat nest was, beklemmend en verstikkend, dat hij zo hartstochtelijk graag wilde ontvluchten. Omdat het gebouwd was door anderen, door degenen die hem het leven hebben geschonken, en niet door hem, die de werkelijke waarde van zijn eigen inspanningen maar al te goed kent, die als het ware het gegeven leven alleen maar gebruikt."

Brodsky doorloopt dan zijn leven in relatie met zijn ouders en heeft bedenkingen bij zijn eigen herinneringen.

Alfabetische wanorde
"Wat het geheugen met kunst gemeen heeft is de neiging tot selectie, de voorkeur voor het detail. Zo complimenteus als deze opmerking mag schijnen voor de kunst (die van het proza in het bijzonder), zo beledigend zou ze het geheugen moeten toekijken. Maar de belediging is terdege verdiend. Het geheugen bevat inderdaad details, niet het complete beeld; hoogtepunten als je wilt, niet de volledige show. De overtuiging dat we ons op de een of andere manier het geheel in zijn volle omvang herinneren, de overtuiging met name die de soort in staat stelt het leven voort te zetten, is ongegrond. Meer dan wat ook lijkt het geheugen op een bibliotheek in alfabetische wanorde en zonder het verzamelde werk van wie dan ook."

Brodsky weet van de pogingen van zijn ouders om een éénmalig visum te verkrijgen voor één bezoek aan hun enige zoon, altijd tevergeefs. Heel scherp en nog immer actueel zegt hij hierover...

Rusland
"Wat een spelletjes probeerden deze twee bejaarde, zwakke mensen toch niet te spelen met al dat tuig dat over het verlenen van een vergunning gaat! Mijn moeder vroeg op haar eentje een visum aan om duidelijk te maken dat ze niet van plan was uit te wijken naar de Verenigde Staten, dat haar man achterbleef als gijzelaar, als garantie voor haar terugkeer. Dan draaiden ze de rollen om. Dan dienden ze een tijdlang geen aanvraag in, om het te laten voorkomen alsof ze hun belangstelling voor het plan verloren hadden (...)
Alles was tevergeefs; het systeem maakte, van helemaal boven tot helemaal onder, nooit één fout. Zoals systemen reilen en zeilen, mag het trots zijn op zichzelf. Maar ja, onmenselijkheid is altijd gemakkelijker te structureren dan wat dan ook. Voor dat karwei heeft Rusland nooit de know-how hoeven te importeren. In feite is de enige manier voor dat land om rijk te worden, die te exporteren.
En dat doet het ook, in een steeds toenemende mate. Maar je mag enige troost, zo niet noodzakelijke hoop, ontlenen aan het feit dat je genetische code misschien niet het laatst lacht, maar wel het laatste woord heeft. Want ik ben mijn moeder en mijn vader niet alleen dankbaar dat ze mij het leven hebben geschonken, maar ook dat ze er niet in zijn geslaagd hun kind als slaaf groot te brengen."

De Russische export van ontmenselijking bij Brodsky onder de communistische vlag blijft belangrijk dank zij Poetin. Er lijkt veel continuïteit in de geschiedenis te zijn...




woensdag 26 februari 2025

Afscheid van NWT - Joseph Brodsky over zijn overleden ouders - 1 -


In november 1986 verscheen in Nederlandse vertaling van Kees Verheul het uitvoerige in memoriam voor zijn ouders van de Russische schrijver Joseph Brodsky. Brodsky werd geboren in 1940 in het toenmalige Leningrad (St. Petersburg) en overleed in ballingschap in New York in 1996.  Zijn ouders noemden hun zoontje Joseph, naar de toenmalige Sovjetleider Joseph Stalin. In 1987, een jaar na dit in memoriam, ontving Brodsky de Nobelprijs literatuur. 
Het sovjet-regime wees de kritische dichter uit in 1972. Abrupt werd hij gescheiden van zijn ouders (hij was enig kind) en van zijn vrouw en zoontje. Het in memoriam voor zijn ouders die met drie jaar verschil gestorven waren, zonder dat hij hen had kunnen terugzien is een aaneenschakeling van ideeën over zijn jeugd en opvoeding, over de leefomstandigheden onder de dictatuur van de Sovjet-Unie, over herinneren en dood gaan. Hieruit enkele citaten die ik de moeite waard vind te delen.

De dood was een taboe onderwerp in het gezin Brodsky. De dichter vond het ook moeilijk dat hij zijn ouders niet meer heeft kunnen bezoeken in de laatste jaren van hun leven.

De laatste les
"Ik weet niet hoe ze de laatste elf of twaalf jaar van hun leven, de jaren zonder mij, hebben doorgebracht. (...)
Ik kon hen op hun oude dag niet helpen; alleen was ik er niet bij toen ze overleden. Ik zeg dit niet zozeer vanuit een gevoel van schuld of vanuit het wat egoïstische verlangen van een kind om zijn ouders in alle stadia van hun leven te volgen; want ieder kind herhaalt, hoe dan ook, de ontwikkeling van zijn ouders. Ik zou kunnen stellen dat je ten slotte van je ouders te weten wilt komen hoe je eigen toekomst, je eigen oude dag zal zijn; je wilt van hen ook de allerlaatste les leren: hoe je moet doodgaan. Zelfs wanneer je dit alles niet wilt weet je dat je, hoe ongemerkt ook, van hen leert: 'Zal ik er zo uitzien als ik oud ben? Zijn deze hartproblemen - of wat voor problemen ook- een kwestie van erfelijkheid?'

Eenmaal als balling in de Verenigde Staten schreef hij bijna al zijn gedichten verder in het Russisch, maar zijn essays in het Engels. Over dit gebruik van het Engels heeft hij het ook bij dit in memoriam voor zijn moeder Maria Volpert en zijn vader Alexander Brodsky. Tegen de actuele achtergrond krijgen zijn bedenkingen over het gebruik van het Russisch een veel meer gelaagde inhoud. 
(propaganda poster met Stalin
©geschiedenis vandaag)


Engels en géén Russisch
"Ik schrijf dit in het Engels omdat ik hun [zijn ouders] een marge van vrijheid wil geven; een marge waarvan de breedte afhangt van het aantal dergenen die genegen zouden kunnen zijn om dit te lezen. Ik wil dat Maria Volpert en Alexander Brodsky realiteit verkrijgen onder een 'vreemde bewustzijnscode', ik wil dat Engelse werkwoorden van beweging hun gang en gebaren beschrijven. Dit zal hen niet uit de dood doen opstaan, maar de Engelse grammatica zou op zijn minst wel eens een betere ontsnappingsroute uit de schoorstenen van het staatscrematorium kunnen blijken te zijn dan de Russische. In het Russisch over hen schrijven zou enkel hun gevangenschap bevorderen, hun reductie tot onbetekenendheid, resulterend in mechanische vernietiging. (...)
Wat zou ik hen kunnen vertellen? Waarmee zou ik hen kunnen troosten? Geen land heeft zo goed de kunst leren beheersen om de ziel van zijn onderdanen te vernietigen als Rusland en niemand met een pen in zijn hand is in staat al die zielen op te lappen; nee, dit is een taak voor de Almachtige alleen, dit is waar Hij al Zijn tijd voor heeft. Moge het Engels mijn doden dan onderdak geven. In het Russisch ben ik bereid te lezen en verzen of brieven te schrijven. Maar voor Maria Volpert en Alexander Brodsky geeft het Engels een betere schijn van een hiernamaals, misschien de enige die er is, behalve mijn wezenlijkste zelf. En wat dit laatste betreft, deze woorden in deze taal te schrijven is als het afwassen waar ik het zoëven over had: het is therapeutisch."

maandag 24 februari 2025

De Amsterdamse school - 2 -

 In een vorig bericht meldde ik dat de beste introductie tot de zogenaamde 'Amsterdamse school' te beleven is in museum Het Schip in (natuurlijk) Amsterdam.
Een van de bijzonderste gebouwen ontworpen in de geest van de Amsterdamse school is het scheepvaarthuis aan de Prins Hendrikkade. Dit gebouw is ontworpen als kantoorgebouw voor zes rederijen op de plek waar de eerste reis naar Oost-Indië vertrok met Cornelius Houtman (1595). De bouw verliep in twee fasen, nl. 1913/1916 en 1926/1928. De façade verwijst op velerlei manieren naar de scheepvaartgeschiedenis van Amsterdam, met vele koppen van bekende figuren uit de handel, de scheepsbouw en wetenschappen (waaronder bijvoorbeeld Gerard Mercator). De decoratie voorziet van golven en vissen en schepen.  

(eigen foto's - buitenaanzichten details scheepvaarthuis)


Binnen vallen de materialen op : tropische houtsoorten, glas-in-lood-ramen, siersmeedwerk. De art nouveau stijleenheid valt onmiddellijk op van bij het binnenstappen in wat nu een luxe-hotel is, maar waar je als toerist de trappenhal kan verkennen en in de bar iets nuttigen. Functionaliteit en schoonheid moesten hand in hand gaan en dat zie je nog altijd. De zakenlui toen en de hotelgasten nu worden verwend met een verfijnde esthetiek die zich toont tot in de details. Zeer de moeite waard om eens binnen te stappen.

(eigen foto's - trappenhal scheepvaarthuis)


zaterdag 22 februari 2025

De Amsterdamse school - 1 -

 In de eerste decennia van de 20ste eeuw ontwikkelde zich in Amsterdam bij een aantal leerlingen van architect Eduard Cuypers een eigen bouwstijl, tegen de neostijlen van de 19e eeuw én voor het gebruik van baksteen. In Amsterdam zijn er nog heel wat gebouwen uit deze periode te zien én te bezoeken.
Zo bezocht ik onlangs museum Het Schip in een complex van sociale woningbouw. Het geheel, ontworpen door Michel de Klerk, bevat een postkantoor, voornamelijk sociale appartementen en een schooltje dat nu dienst doet als museum over... de Amsterdamse school.
(woningcomplex Het Schip - foto: Marc Deconinck)


Het niet meer gebruikte postkantoortje, toegankelijk met een gids, toont ook de 'volksverheffende' bedoelingen van de architect. Spaarzin aanwakkeren, nieuwe communicatiemiddelen toegankelijk maken voor arbeiders (telefoon, telegrafie,...) en dit in een esthetisch modern kader, zodat ook de schoonheidszin wordt aangewakkerd.
(postkantoortje in Het Schip - foto : Marc Deconinck)


Bij het binnenrijden van Amsterdam met de trein zie je links langs het spoor het torentje van "Het Schip" als een teken van sociale moderniteit en herinnering aan hoe sociale woningbouw ook een zekere monumentaliteit kan uitstralen.

donderdag 20 februari 2025

Bustes in Parijs

 In Parijs zijn over de hele stad verspreid 
beeldhouwwerken te zien 
in alle formaten, materialen en stijlen 
over alle mogelijke onderwerpen. 
Tijdens een bezoek in de voorbije kerstdagen 
hier twee bustes.
Bij de Opera Garnier (bouw 1863-1875) 
met een buste in eerder barokke-klassieke stijl.

(eigen foto)


Langs de Avenue de l' Observatoire (5e arrondissement) werd in 1984 in opdracht van het ministerie van Cultuur een monument opgetrokken voor de schrijver Georges Bernanos (1888-1948). De Engelse beeldhouwer William Chattaway (1927-2019) die sedert 1950 definitief in Parijs woonde, kreeg de opdracht. Wat verloren in de drukte van de straten en bouwwerkzaamheden gezien. 

(eigen foto)


dinsdag 18 februari 2025

Hôpital Cochin Parijs

 In het 14e arrondissement van Parijs ligt het grote ziekenhuiscomplex van Cochin, hét brandwondencentrum van de stad en verbonden aan de universiteit. Het is gesticht in 1780 door pastoor Cochin, die er de zieke en arme werklui uit de buurt liet verzorgen. Nu is het een kluwen van gebouwen, doorheen de tijd altijd maar uitgebreid. Je ziet van buiten af oude en nieuwe architectuur. 
Op een zonnige decemberdag leverde het ook mooie reflecties en schaduwen op.


(eigen foto's 23 december 2024)


zondag 16 februari 2025

FOAM ontvangt Saul Leiter

 
Het Amsterdamse fotomuseum FOAM herbergt nog tot 20 april een tentoonstelling van de New Yorker Saul Leiter (1923-2013). 
Een fotomuseum... dus is Leiter uitvoerig aanwezig met foto's én een film met een van de zeldzame interviews die hij heeft gegeven.
Maar deze zoon van joods-orthodoxe huize, voorbestemd om rabbijn te worden, heroriënteerde zich op zijn 23ste. Hij werd schilder maar kon daarmee zijn broodbeleg niet verdienen. Met fotograferen voor allerlei magazines verdiende hij geld. Maar niet altijd genoeg want zijn camera lag soms een tijdje in het pandjeshuis...
Wie de naam Saul Leiter hoort of leest denkt onmiddellijk aan zijn foto's, maar in het FOAM is er ook heel wat ruimte vrijgemaakt voor zijn schilderijen. Dat is een van de pluspunten die deze expo bijzonder maakt. Mede dank zij de schilderijen ga je als toeschouwer ook beter begrijpen dat de foto's van Leiter zijn zoals ze zijn.
Compositie, sfeer, kleurvlakken, wazig zien vanachter een beregend raam, reflecties.
(Zelfportret van Saul Leiter in reflectie - eigen foto)


De expo in FOAM is niet zeer groot maar toont wel de verschillende aspecten van zijn werk. Je ziet foto's (kleur en zwart-wit), schilderijen en beschilderde foto's. 
(twee schilderijen van Saul Leiter - eigen foto)

(een foto en een beschilderde foto van Saul Leiter  - eigen foto)


De poëzie van het alledaagse ligt op ons te wachten om de hoek: met die gedachte verliet ik deze mooie tentoonstelling. 

vrijdag 14 februari 2025

Afscheid van NWT - Hans Helms over computers - 3 -

 


In een artikel in het NieuwWereldTijdschrift van juli 1984 analyseert de Duitse denker Hans Helms de impact van de computer op onze samenleving. De toen nog beginnende evoluties hebben zich ondertussen heel prominent ontwikkeld. De gevaren inherent aan deze ontwikkeling worden als maar moeilijker herkend en erkend.
 Helms illustreert deze evoluties aan de hand van twee voorbeelden, de psychologie over relaties en de voedingsleer. Hier citeer ik uit zijn gedachtengang in verband met de psychologie. Zo naderen we ook het einde van dat essay.

Liefdesverdriet
"Nu de ontwikkeling van de Artificial Intelligence echter een stadium heeft bereikt waarin computers, dank zij hoogst complexe programmeertalen, schijnbaar menselijke intelligentie produceren en dus 'verstandige' raad geven, (...),nu wordt de immanente beperktheid van computers -hun hoe dan ook mathematisch logisch denkpatroon- minder en minder onderkend. (...)
Dat merk je al in benauwende mate in het huidige spraakgebruik. De omgangstaal heeft niet alleen het jargon van het wetenschappelijk denken overgenomen, maar ook de daarmee gepaard gaande aanpassing en onderwerping van het menselijke verstand aan de instrumentale Ratio.
Partners praten hun amoureuze perikelen niet meer uit, maar 'problematiseren' hun relatie om zodoende tot een oplossing te komen. En meestal is dan ook de oplossing dat hun relatie oplost, m.a.w. dat ze uit elkaar gaan. Waar gevoelens 'geproblematiseerd' worden, vallen ze onder de bevoegdheid van gevoelswetenschappers en buiten die van de partners zelf. (...)
Het verstand van de meeste tijdgenoten is er immers op afgesteld, de instrumentale of wetenschappelijke Ratio als de hoogste vorm van intelligentie te erkennen."


Grenzen voor de computer?
"Er valt niets in te brengen tegen het gebruik van computers, zolang wie ermee werkt deze machines begrijpt en dus ook de gevolgen kan overzien van wat ze programmeren, en zolang computers ingezet worden voor zaken die de menselijke integriteit niet schaden.
Zodra computers echter gebruikt worden om uit politiek-economische berekening de werkende mensen tot robots te maken, doordat men hen berooft van hun persoonlijke geschiedenis en hen verplicht zich te schikken naar statistische bellenblazerij wordt het tijd de computers te zien als wat ze onbedoeld geworden zijn: imperialistische machtsinstrumenten par excellence.
(©De Ondernemer)

Verbeelding en computers
"Als wat wij verbeelding noemen - het menselijk denken met zijn subjectieve én objectieve momenten, zijn goed begrepen geschiedenis én zijn hevig verlangde toekomst- ook dan nog legitiem zou zijn, dan zou deze verbeelding zich niet meer kunnen ontplooien omdat haar pijlers vernietigd zijn.
Zonder verbeelding dankt de creatieve mens zijn geschiedenis af. Het is bijgevolg van wezenlijk belang dat we onze verbeelding van de ondergang redden en sterk maken.
Alleen met verbeelding kunnen we ons voorstellen wat de computerwereld voor ons in petto houdt. Alleen met de middelen van onze fantasie kunnen we de computerwereld zo veranderen dat hij ons dient en niet domineert."

Als ik dit besluit lees, word ik mismoedig bij al die digitale aanwezigheid én opdringerigheid tot in de kleinste poriën van ons dagelijks leven. En toch... ik zie nog tekenen van creativiteit en fantasie, dus ik blijf hopen.



donderdag 13 februari 2025

Afscheid van NWT - Hans Helms over computers - 2 -

 


Over computers is al veel geschreven 
en dat zal nog even zo blijven. 
Wat ik zo indrukwekkend vind, 
is dat een van de grondleggers van artificiële intelligentie, Joe Weizenbaum (zie ook een vorig bericht) 
reeds zo vroeg waarschuwde 
voor o.a. de psychologische impact. 
Zo heeft hij het reeds meer dan veertig jaar geleden 
over de dwangmatige jacht op 'likes' of duimpjes👍.

Duimpjesjacht
"Weizenbaum schrijft: 'de dwangneurotische programmeur volgt bepaalde driften; zijn gedrag vertoont nauwelijks enige spontaneïteit en de vervulling van zijn voor de hand liggende wensen schenkt hem geen voldoening of genoegen, enkel bevestiging. Het nauwst verwant met dit soort psychopathologie is de onverbiddelijke, vreugdeloze drift naar bevestiging, die ook het leven van de dwangneurotische gokker karakteriseert'. 
Die bevestigingsdrang lijkt me een reactie op het aan de computer kwijtgespeelde ik. Wanneer iemand alleen nog in staat is tot reageren; wanneer men iemand van zijn ervaringen heeft vervreemd en hem alleen nog vraagt, op een abstract en ondoorzichtig programma op een bepaalde manier te reageren; wanneer hij reeds als kind zo intensief leert omgaan met computers en computergeleide werktuigen, dat hij zich onmogelijk als een brok persoonlijke geschiedenis kan leren ervaren, dan kan hij de brokstukken van zijn bewustzijn slechts samenhouden door ze dank zij 'Big Brother' als delen van een systeem bevestigd te zien.

Datadrang en datadwang
"De micro-elektronisch georganiseerde toekomst voorziet dat mensen als autobestuurders, als voetgangers, als lichamen, als vingerafdrukken of stemmen door computers kunnen worden gelezen. Het individu wordt opgesplitst in persoonlijkheidsaspecten, aangepast aan de identificatienormen van de computers. (...)
Duizend bescheiden elektronische stemmen spreken ons tegenwoordig al toe in liften, op zebrapaden, in zelfbedieningsrestaurants en benzinestations. Vanuit horloges, kachels, zakrekenmachines, camera's en andere apparaten die groot genoeg zijn om een batterij te bevatten, zullen elektronische stemmen ons toespreken. (...)
(©gezondheid.be)
Niet langer zullen Diderots bijoux indiscrets ons hun betoverende verhalen vertellen, maar textbooks, leerboeken zullen ons bevelen, onze feitenkennis te vervolledigen. Zulke computergeleide prullaria doen ons vandaag al in het gareel lopen van een instrumentale Ratio, van louter utilitair denken. Ze dwingen de mens zich te bewegen binnen de benauwende werkelijkheidsfragmenten die computers zo goed kunnen simuleren en waarbij de politiek-economische wereld van de heersende private en publieke instellingen zoveel baat heeft. (...)  De keerzijde van computer literacy is computer-leesbaarheid. Computerprogramma's mogen nog zo complex zijn, nog zo 'intelligent', toch werken ze allemaal met data, met gegevens die ofwel opgeslagen werden of in een door computers leesbare vorm voorradig zijn, ofwel door computers automatisch uit andere data kunnen geabstraheerd worden. Dit technisch manco is het begin van een duivelse kringloop die volgens Joe Weizenbaum hierin zal resulteren, dat computers de geschiedenis zonder meer vernietigen.
'Immers, als een samenleving uitsluitend die 'data' erkent, welke in 'gestandaardiseerde vorm' voorradig zijn en dus gemakkelijk 'door een computer kunnen verwerkt worden', dan heeft de geschiedenis, dan heeft de herinnering gewoonweg opgehouden te bestaan'. "
En Europa investeert miljarden in de verdere ontwikkeling van de artificiële zogenaamde intelligentie. De duivelse kringloop wordt alsmaar versterkt...


Eendimensionale mens en de Vietnam-oorlog
"Niet alleen monopoliseren de controleurs van de grote databanken het weten; ook vertekenen, verminken en vervalsen ze opzettelijk of onopzettelijk die weten, want hun selectienormen worden gedicteerd door specifieke belangen en technische voorwaarden.
Joe Weizenbaum heeft mooi beschreven, hoe tijdens de Vietnamoorlog computerprogramma's zich losmaakten van de door hen gesimuleerde werkelijkheidssegmenten. (...) 'In de oorlog van de V.S. tegen Vietnam werden computers bediend door officieren die niet het minste vermoeden hadden van wat er zich in die machines afspeelde. De computers beslisten welke dorpen moesten gebombardeerd worden. De computers beslisten, in welke gebieden zich voldoende Vietcongs bevonden en of deze gebieden al dan niet in aanmerking kwamen om 'legitiem' als zones te worden beschouwd -overigens enorme geografische gebieden- waar piloten het 'recht' hadden te schieten op al wat bewoog.' (...)
Andere gevolgen van deze duivelse kringloop zijn volgens Weizenbaum: toename van de incompetentie, afhankelijkheid van de computer en verlies van verantwoordelijkheid. Weizenbaum vervolgt dan : 'De reusachtige computersystemen in het Pentagon, en hun tegenhangers elders in de beschaafde wereld, hebben nooit of nergens een auteur. Ze laten zelfs geen vragen toe over 'juist' of 'verkeerd', over 'recht' of 'onrecht'; ze zijn niet tegensprekelijk. Ze leveren geen enkel grondbeginsel van waaruit men hun 'mededelingen' zou kunnen aanvechten.' "

Bij het lezen van deze bevindingen van meer dan veertig jaar geleden lopen mij de koude rillingen over de rug en denk ik aan de oorlogsvoering in het Midden-Oosten en aan de politieke ontwikkelingen in onder anderen de V.S.
Afhankelijkheid van de computer, verlies aan verantwoordelijkheid... reeds door een onverdachte bron aangekaart. En dan moet 'iedereen digitaal' zoals dat in mooi hedendaags jargon heet... Politici vertellen er niet bij welke maatschappelijke prijs dit kost!!






;

woensdag 12 februari 2025

Afscheid van NWT - Hans Helms over computers - 1 -

 




Al bladerend in het juli nummer van het NieuwWereldTijdschrift van 1984, nu ruim veertig jaar geleden, herlas ik wat Hans Helms concludeerde na acht jaar research over computergebruik en impact op de mens. Wat toen soms nog wat wazig klonk, is nu ontzettend reëel geworden en daarom is deze tekst nu actueler dan ooit. 
Hier zal ik in dit en volgende berichten via een aantal citaten zijn gedachtengang aanbrengen. 
Een tekst die nog blijft appelleren en de recente wereldtop in Parijs over Artificiële Intelligentie in een ruimer perspectief plaatst.

Kinderen zonder ervaring met computer zonder ervaring
"Kinderen en jonge mensen moeten vandaag op een vanzelfsprekende en onkritische manier leren omgaan met computers. Ze mogen en kunnen niet kiezen tussen de vrije ontplooiing van hun verstandelijke vermogens en anderzijds hun onderwerping aan de strenge, instrumentale Ratio van de computer, want zoals journaliste Pamela McCorduck schrijft 'Reeds in de nabije toekomst zal niemand op geloofwaardige wijze aanspraak kunnen maken op verstand, als hij niet grondig afhankelijk is van dit nieuwe instrument'. (...)
Zo wordt kinderen al in de lagere school via computerspelletjes bijgebracht, dat de mens niet langer moet ageren (in de zin van : rationeel handelen) maar reageren: hij moet volgens een vast denkpatroon leren reageren op vermeende feitelijke toestanden - en iedere spelbeurt versterkt het reactief gedrag van de kinderen. Nog voor het secundair onderwijs krijgen ze plezier in de uitoefening van macht over mensen en dingen, doordat ze computerprogramma's leren schrijven die anderen dwingen te reageren. Dit voor hen nieuwe machtsgevoel én hun onrijpheid beletten hen te begrijpen dat ook zij zelf alleen maar reageren op een gegeven denkpatroon.
Joe Weizenbaum, computerspecialist aan het Massachusetts Institute of Technology, een der oprichters van de Artificial Intelligence en zijn collega  Edward Feigenbaum, vergelijken zulke onrijpe computer-adepten met 'lui die het hebben klaargespeeld, zich vloeiend uit te drukken in een vreemde taal, om nadien te constateren dat ze zelf niets eigens te vertellen hebben'.
Hoe zou het ook anders kunnen? Deze kinderen en jonge mensen beschikken nog niet over ervaringen die werkelijk de hunne zijn. Hoe zouden ze iets eigens kunnen meedelen als ze niet eens een persoonlijke geschiedenis bezitten, een op subjectieve ervaringen gebaseerd levensverhaal?
Computers geven geen ervaringen door, tenzij ervaringen in het omgaan met computers."

Verlies aan voorstellingsvermogen
"Computers kunnen het menselijk handelen of het gedrag van voorwerpen nabootsen, maar zulke simulaties laten geen ervaringen achter. Zo brengen ze een afglans van de werkelijkheid teweeg, een 'kunstmatige ervaring'. De kringloop van simulaties binnen de computer - van het 'intelligente' programma dat werkelijkheid simuleert en de daaruit afgeleide pseudo-ervaring, tot een schijnbaar alles omvattende pseudowerkelijkheid - kan natuurlijk een ronduit catastrofale invloed hebben op onze maatschappelijke realiteit.
(©gezondheidsnet)

De Duitser Hans Helms laat zich inspireren in dit essay op Joe Weizenbaum (1923-2008) die op dertienjarige leeftijd met zijn ouders vlucht uit nazi-Duitsland omwille van de vervolging van de Joodse mensen. Deze achtergrond werpt daarom een bijzonder licht op volgende tekstpassage van Helms in NWT.

"Wie tot nietsdoen wordt gedwongen, wie buiten het sociale systeem wordt gesloten zonder de hoop daar ooit opnieuw een functie te vinden, verliest geleidelijk het vermogen tot denken: hij verliest een groot deel van zijn voorstellingsvermogen, zijn verbeelding: volledig herleid tot hier-en-nu-denken, kan hij moeiteloos worden ingeschakeld in om het even welke antisociale onderneming. Na 1933 waren het precies de emotioneel totaal afgestompte langdurige werklozen, die de meest afschuwelijke beulsknechten werden van de SS. Hun verlies aan verbeelding, hun onvermogen tot medelijden, hun onvermogen zich het lijden van anderen zelfs maar voor te stellen, verklaren hun systematische folterpraktijken en hun vernielingswerk in de concentratiekampen.
(...) 
Iedereen die omgaat met computers, of gedwongen is te functioneren in een door computers gedirigeerde omgeving, doet dit ten koste van zijn fantasie -tenzij hij of zij behoort tot de weinigen die werkelijk weten hoe een computer zijn ins omzet in outs. Want Joe Weizenbaum heeft aangetoond dat men heel gemakkelijk computerprogramma's kan schrijven zonder te weten hoe een computer functioneert."

Helms noemt dit een versmalling en een verschrompeling van de persoonlijkheid die vaak asociaal gedrag doet toenemen en dikwijls een vorm van dwangneurotisch gedrag genereert. Wie denkt bij deze passage niet aan de USA anno nu en het succes van Trump in de voorbije presidentsverkiezingen en aan de groeiende populariteit van populisten...




maandag 10 februari 2025

Een uitdagende tentoonstelling ...seks, seks, seks (2)

 Nog tot 25 mei kan je in Amsterdam naar de prikkelende tentoonstelling "Sex Jewish Positions" in het Joods Museum.
In een vorig bericht heb ik al aangegeven dat deze expo een veelzijdig beeld geeft van de verschillende visies over seksualiteit binnen de joodse (geloofs)gemeenschap.
De traditie wordt altijd opnieuw geïnterpreteerd. Jood zijn is een levenslang 'lernen', altijd weer teksten bestuderen om te vinden wat je best doet, ook op gebied van seksualiteit. Hedendaagse kunstenaars bevragen met hun eigen artistieke middelen de religieuze voorschriften. Soms leidt het tot bijzondere kunstwerken.
Elke religie heeft een eigen vorm van gebedssnoeren (paternosters bij rooms-katholieken; tasbih in de islam; tsjotki bij orthodoxe christenen; tefillin bij de joden). De tefillin sjel jad is een leren handgebedsriem met daaraan zwarte doosjes waarin een tekst uit de Thora zit.
Voor fotograaf Benyamin Reich (1976) krijgt het gebed een erotische lading bij onderstaande foto. De leren gebedsriem gewikkeld rond zijn arm trekt onze aandacht naar het naakte lichaam. De tefillin is een gebedssnoer maar roept ook associaties op aan lederen seksspeeltjes. 
(B. Reich : Tefillin Shel Jad 2005 - eigen foto)


Voor de feministische kunstenares Susan Kaplow (1943) betekent een tekst uit het Joodse boek 'Leviticus' (18,22) een grote uitdaging. In dat Bijbelvers wordt mannelijke homoseksualiteit als een 'gruwel' omschreven. Als lesbische artieste maakte ze een reeks werken met als titel "Wrestling with Leviticus". Ze print de betreffende passage op grote bladen papier en wikkelt er zich in als in een lijkwade. Zo verbeeldt ze haar worsteling met deze 'dodelijke' phrase in de joodse wet. 
(Susan Kaplow : Wrestling with Leviticus - eigen foto)


Maar even verder in de tentoonstelling lezen we dan ook een quote uit circa 1200 van een rabbijn die weer een ander licht werpt op dit vers. Zo zie je hoe gevarieerd en veelzijdig dit onderwerp is gepresenteerd in deze ongewone tentoonstelling. Een expo die zinnen én denken prikkelt en de bezoeker voorbij alle vooroordelen trekt.
(eigen foto)




zaterdag 8 februari 2025

Een uitdagende tentoonstelling... seks, seks, seks (1)

 Nog tot en met 25 mei loopt er in het Joods Museum in Amsterdam een tentoonstelling met de duidelijke titel : Sex Jewish Positions.
Het jodendom is gekenmerkt door zijn grote verscheidenheid aan interpretaties en visies op hun geloof. Van héél seculier en liberaal tot ultra-orthodox... en deze verschillende posities krijgen een plaats in deze thematentoonstelling. Korte verhelderende tekstpanelen bieden de bezoeker een duidelijke toelichting.


Er is plaats voor de Bijbelse grondslagen van de joodse levenswijze. De Bijbelse verhalen zijn echter niet zo eenduidig want bijvoorbeeld koning David pleegt overspel met Betseba maar wordt toch de vader van een belangrijk nageslacht of Lot wordt verleid door zijn eigen dochters tot ontucht (incest!). 
In de expo worden oude bronnen met een moderne blik bekeken en tonen hedendaagse kunstenaars hoe zij proberen om te gaan met de spanning tussen religie en seksuele vrijheid. Veel humor en een grote veelstemmigheid zijn mij bijgebleven bij het einde van het bezoek. In die zin dan ook een aanrader om onze blik open te stellen en onszelf in de spiegel te kijken.
Volgens vele joodse mystici kan je God op sabbat niet beter eren dan met je geliefde seks te hebben. De Talmoed is een neerslag van eeuwenlange debatten onder rabbijnen over alle aspecten van het leven, ook dus over seks. In een bepaalde traditie zegt men  dat er drie partners zijn bij de creatie van een persoon : de Heilige, de vader en de moeder. De illustrator Noa Snir (1992) illustreerde een tiental passages uit de Talmoed waaronder deze passage over de conceptie van een mens.
(eigen foto - illustratie van Noa Snir)



donderdag 6 februari 2025

Poëzieweek 2025 - uitsmijter 6 februari -

 

De poëzieweek 2025 zit erop. Ik hoop dat ik verschillende facetten van de dichtkunst heb kunnen tonen in de verzen van de voorbije dagen.
Om het af te leren nog één gedicht van de Nederlandse dichter Edward van de Vendel, een ontroerend eenvoudig vers,
een mooie mijmering over onze handen.

OUDE HANDEN

Als ik oud ben wil ik oude handen
die, als op de reliëfkaart
van een basisschool
hun gebergte, hun rivieren
durven tonen. - Verre landen
waar ik in kan wonen.
Ervaren aderen,
vingers met verhalen.
Handen
die ergens waren;
op schouders, om een hart,
in andere handen.
Aan relings, zwaaiend,
aaiend langs de wanden
van een huis ver van hun huis.
Handen wil ik
vol geschiedenis
en aardrijkskunde:
Reizigers, na vele avonturen
veilig thuis.

(detail van praalgraf van Engelbrecht II van Nassau
in de prinsenkapel van de Grote Kerk Breda - oktober 2018)


woensdag 5 februari 2025

Poëzieweek 2025 - 7 - 5 februari -



De buitenkant van ons lichaam bekijken we vaak in de spiegel.
Voor we ons huis verlaten vlug even in de spiegel kijken 
of ons haar goed ligt, of onze kleren goed zitten...
Maar wat met onze rugzijde?

DE RUG VAN DE MENS IS NAAKTER DAN ZIJN VOORHOOFD

De rug van de mens is naakter dan zijn voorhoofd,
al is hij ongetwijfeld minder gewichtig.
Wind noch woorden breekt hij,
hij steunt slechts.
Maar op de rug van de mens is de mens zelf niet.
Daar zijn de andere mensen en de dood,
het gelach en de Goden,
de angst voor de doden.

En ook de rook van een oude vlucht,
de vorm van een bed dat te lang alleen is,
het woord dat niemand zal zeggen,
de afwezigheid van wat nog niet is weggegaan
en vooral de totale som van de afwezigheid,
als een verloren net,
als een nutteloze zee,
als de mislukking van alle overjassen.

Ja. De rug van de mens zal altijd naakter zijn,
veel naakter dan zijn voorhoofd.

(Roberto Juarroz)

(Henri Matisse : vier bronzen ruggen - MoMa New York oktober 2016)



dinsdag 4 februari 2025

Poëzieweek 2025 - 6 - 4 februari -

 


Ons lichaam bemiddelt tussen ons en de anderen.
Met ons lichaam hebben we lief, haten we,
beminnen we en voeren we oorlog.
Het lichaam van de geliefde is heel, heel vaak
bron voor verwondering en ontdekking,
en dus ook bron voor liefdesverzen van zoet over bitter tot zuur,
van karamelvers over het betere gedicht tot tijdloze poëzie.
Hier het betere gedicht van de Poolse dichter Zbigniew Herbert.

EEN ROZE OOR

ik dacht
ik ken haar toch goed
we zijn al zo lang samen

ik ken
haar vogelhoofd
haar witte armen
buik

tot ze een keer
op een winteravond
bij me kwam zitten
 en ik in het lamplicht
dat van achteren viel
haar roze oor aanschouwde

een grappig lapje huid
een schelp met van binnen
 kloppend bloed
ik heb toen niets gezegd-

het zou goed zijn een gedicht
over haar roze oor te schrijven
maar niet zo dat ze zeggen
ook een onderwerp om te kiezen,
hij wil zeker origineel doen

zo dat niemand ook maar glimlacht
zo dat men begrijpt dat ik een geheim
onthul

ik heb toen niets gezegd
maar toen we die nacht samen lagen
proefde ik voorzichtig
de exotische smaak
van een roze oor

(Parijs nabij Bourse de Commerce en Les Halles - 2 januari 2010)


maandag 3 februari 2025

Poëzieweek 2025 - 5 - 3 februari -

 


Met ons lichaam presenteren we ons
aan de anderen, aan de 'buitenwereld'.
Die presentatie is verre van onbelangrijk.
Dichter Hagar Peeters heeft het
in het onderstaande wat langere gedicht
over een bepaalde soort 'ideale' man.

DE HELD

Hij is torso uit één stuk,
gebeeldhouwd uit spieren,
begoten met vlees,
met druppels zweet bezaaid.
Spijkers als rijpe pruimen
splijten uit zijn borst.
Hij is Jerommeke, Samson
Tarzan of Zeus; hij is Man,
evenals God.

Hoeveel keien verbrijzelde
hij niet met blote handen?
Hoe weinig muren
stuitten zijn gang?
Rambo noemt hij zich,
en ook Superman,
Jupiter, Wodan;
zijn naam verschilt
maar niet zijn gedaante.

Een levende legende is hij;
een vleesgeworden jongensboek
vol onnavolgbare daden, droom
van deugniet en bakvis tegelijk.

Moeders schenken hem met graagte
de hand van hun dochters,
die hem gewillig zijn evenbeeld baren.
Broeders wedden om zijn overwinning
en geven tot hun gouden nadagen
aan de ruïnes op van hun winst.

Verstandige burgers verlaten
bij ontij hun kerken, kelders
en moeders rokken
om onder zijn heupen te schuilen.
Keizers bieden hem paleizen,
koningen delen van hun rijken

maar hooghartig verkiest hij
de geposeerde heroïek
van damesbladen.

(Wenen buurt stadhuis - juni 2013)