De Duitse literator Robert Gernhardt (Tallin 1937-Frankfurt 2006) schreef een vers
waarbij hij vertrekkend van Bach nadenkt
over de relatie van een kunstenaar en zijn oeuvre.
De bloemlezer René Smeets vertaalde dit vers
en nam het op in zijn bloemlezing
Was alles maar Bach (uitg. P, Leuven, 2020, blz. 25).
BAJESKLANTEN
De geestelijke Bach is geweldig.
En de wereldse moet voor hem niet onderdoen.
Geen enkele noot is willekeurig,
elke klinkt zoals noten van Bach nu eenmaal doen.
Thomas Mann slaagde erin
zichzelf een leven lang trouw te blijven
en duizenden bladzijden
in Thomas Mann-stijl te schrijven.
Picasso geldt als een Proteus.
Men zag hem voortdurend van gedaante veranderen.
Toch zal men al zijn wendingen
Zonder uitzondering als typisch Picasso behandelen.
Van Brecht bestaan er veel gedichten.
Sommige zijn goed, andere niet slecht.
En heel wat zijn er nogal naast.
Maar ze zijn allemaal van Brecht.
Een kunstenaar is een gevangene
in zijn zelf gebouwde kerker.
De stenen, dat zijn zijn werken.
En de bajes wordt genoemd naar de werker.
De dichter heeft het over Picasso, Mann en Brecht
die altijd herkenbaar blijven,
maar hier een portret van Picasso
door een hedendaagse schilder
die ook altijd herkenbaar blijft, Sam Dillemans.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten