maandag 19 juni 2017

Meten is weten: getallen en nog eens getallen.



Hans Arp (1886-1966), ook bekend als Jean Arp, is vooral bekend als beeldend kunstenaar, maar hij was ook een dichter.
Zijn beeldend werk is vaak heel dromerig en zijn sculpturen zijn doorgaans heel ronde figuren.
Pas in het laatste nummer van de Poëziekrant (maart-april 2017, jg.41, nr.2) ontdekte ik Hans Arp als dichter.
Daar werden een reeks gedichten voorgesteld in een vertaling van Ria Van Hengel.
Daaruit haal ik volgende verzen (blz. 24).
(afbeelding van internet)

Dag en nacht hoorden ze uitsluitend getallen,
hoorden ze om zich heen uitsluitend tellen.                       
15, 700, 4000, 1, 1, 5681, 15, 7, 1, 2, 3 ...
Door al die getallen en dat tellen
zagen ze de maan niet meer
en konden ze niet meer dromen.
Ze leefden van toen af in totale droomloosheid,
bewaarden echter vol eerbied
hun zilver in kooien van dood goud.
Ze staarden ernaar
en herinnerden zich nooit meer
dat het levend maanzilver was.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten