vrijdag 25 maart 2016

Woord en beeld - Ecce Homo

Ecce Homo : ziehier een mens, ziehier de mens.  Pilatus zou dit gezegd hebben tot het Joodse volk terwijl hij de gefolterde Jezus liet zien. Dit is een stukje uit het passieverhaal dat in deze Goede Week in christelijke kerken wordt voorgelezen. Maar de aan de macht en willekeur overgeleverde mens is een universeel beeld dat ook klinkt buiten kerkgebouwen.
 Deze scene is aanleiding geworden tot vele soorten teksten en uitbeeldingen. Meditaties, theologische en filosofische beschouwingen, romans hebben dit tafereel aangepakt, verwerkt, becommentarieerd, omgevormd. Ook schilders, beeldhouwers, theatermakers en filmregisseurs hebben dit gebeuren getoond in velerlei soorten interpretaties.

Een van de mooiste, meest aangrijpende verbeeldingen vind ik persoonlijk het grote doek van Louis Corinth dat ik vorig jaar kon bewonderen in het Kunstmuseum Basel. Hier vind je een afbeelding.









































Als je dan in een poëziebundel een gedicht aantreft met als titel "Ecce Homo" dan beginnen bij mij die vele beelden en teksten mee te spelen en dan wordt het spannend om te lezen.
In zijn bundel "Maak plaats van mij" heeft Stijn Vrancken dus zo'n gedicht(uitg. De Bezige Bij, 2014, blz.57). Hier volgt het. Kijk mee in de spiegel, zie een mens, zie de mens, zie jezelf...

ECCE HOMO

We moeten bekennen : het spartelen gaat vlot,
we grijpen om ons heen alsof het niets is.

Wie niet goed kijkt ziet duidelijk een dans,
wie de ogen sluit zelfs je reinste omhelzingen.

Wat houdt ons hoofd toch zo op hol?
Waartoe blijft zoveel waanzin boven water?

Wat drijft ons, drenkelingen in eigen zweet?
We zijn niet eens reddingsboeien voor elkaar.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten