woensdag 1 februari 2017

Kindertijd

In het NewMuseum in New York zag ik in oktober '16 een tentoonstelling met als titel: "The keeper", waar allerlei verzamelingen werden tentoongesteld.
Een van de meest indrukwekkende verzamelingen was het "Teddy Bear Project" van Ydessa Hindeles uit 2002. Deze artiest verzamelde teddyberen en foto's van mensen met hun teddybeer. Terwijl ik daar rond dwaalde wist ik: Neeltje Maria Min heeft over teddyberen nog ergens een gedicht geschreven. Hier twee gedichten naar aanleiding van de confrontatie van een dichter met het speelgoed van weleer.

ik voer toen ik een kind was met
(Ydessa Hindeles- Teddy Bear Project in New Museum )
drie beren in een boot over zee,
wij namen brood voor drie dagen mee
en een groene kan om water uit te drinken.
wij waren niet bang dat wij zouden verdrinken,
er stond niet veel wind.
het waren drie volwassen beren
en ik was nog kind.
nadat we door een tuin van golven waren gegaan,
stootte ons schip zich aan de maan,
het brak in drie en bloedde leeg,
de beren gilden en ik zweeg.
ik had drie koude handen van de schrik,
de enige die overbleef was ik.

(Neeltje Maria Min uit de bundel: "voor wie ik liefheb wil ik heten", Amsterdam, 1981, blz.23)


De Nederlandse dichter Erik Menkveld gaat naar zijn ouderlijke huis terug en wordt er ook geconfronteerd met zijn voorbije kinderjaren.

LEGO

Elke avond gegeten, geslapen,
van lieverlede steeds minder
hier ouderlijk thuis en in pyjama;
oesters geproefd, buitenissige vissen,
tientallen bluesgitaristen
en vierstemmige vijftiende-eeuwse
missen gehoord, minstens vijftig
paar schoenen versleten,
twaalf fietsen, een combiketel
enzovoort. En al die tijd
stond het hier nauwgezet niet
te veranderen: dit roodwit
bouwwerk met erkers, kantelen,
bedachtzaam in elkaar gestoken
door kleine keurige handen, ooit
een laatste keer opgeborgen
en vergeten, in deze doos,
deze kast, donker van jaren.

(Erik Menkveld uit de "Verzamelde gedichten", Amsterdam, 2016, blz.12)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten